Feeds:
Posts
Comments

Archive for the ‘Parliamentarian system limits’ Category

Oorspronkelijk geplaatst op mijn Flick news-tableau site op 24 mei 2014
Leerzaam omdat met ons kiesstelsel gebaseerd op “democratische meerderheden” van de helft +1 en je stem mogen uitbrengen op een kandidaat zonder optie om deze binnen een tijdsperiode van anderhalf duizend dagen terug te roepen omdat dee volksvertegenwoordiger (en de bijbehorende partij) iets heel anders aan het doen is dan wat zij/hij eerst voorgaf. destijds geplaatst in een kleine serie ‘onkieswijzer’AMSnote6257.02

“Amsterdams Democratisch Palet 2014: hoe een minderheid met D66 zich opmaakt de meerderheid te regeren”

“Voordeel in de stad op vertoon van stempas” was een gemeentelijke campagne in de dagen voor de raadsverkiezingen van dit jaar. Het resultaat van deze campagne is nihil geweest, of men moet een stijging van het opkomstpercentage van 50,3 naar 51,4% een succes willen noemen.

Zelfs voordat de definitieve uitslag bekend was trompetterden enkele deelnemende partijen al over hun VERKIEZINGSZEGE, daar waar er beter over een NEDERLAAG gesproken had kunnen worden met het nu al decennia lang als ‘normaal’ aangemerkte wegblijven van de helft van het electoraat.

Daar waar het aantal nieuwe te verkiezen partijen sterk is toegenomen is er een afname van het aantal stemmen dat zij krijgen. Het opmerkelijke feit dat maar liefst 11,8% van de geldige stemmen uitgebracht werden op partijen die onvoldoende aanhang wisten te verwerven om de kiesdrempel over te komen (die formeel kiesdeler genoemd wordt, het aantal geldige stemmen gedeeld door het aantal beschikbare raadszetels). Dat waren in het totaal 43.944 stemmen die als VERLOREN beschouwd moeten worden. Daarbij komt dan nog de diffuse groep van stemmen die of blanco waren of ongeldig verklaard zijn door het stembureau (5.193 stuks). (2)

Een goed systeem, om al degenen die vinden dat er onder het aanbod aan partijen & politici niets te kiezen valt, een kans te geven hun standpunt publiek te maken ontbreekt ‘de facto’, daar waar het ‘de jure’ wel mogelijk is.

De helft van het electoraat dat het af laat weten wordt nog wel in de aanloop naar weer een nieuwe verkiezing genoemd, als medeburgers die gemotiveerd zouden moeten worden, maar de dag na de verkiezingen al wordt er over hen (zeker in Nederland en nog meer in Amsterdam) niet meer gerept.

Partijen en politici willen dat onaangename gemis aan vertrouwen, of uitdrukking van burgerlijke luiheid, zo snel mogelijk vergeten.

Vervolgens wordt er met het afgegeven vertrouwen, het kiezersmandaat dat wel gegeven is, omgegaan op een wijze die weinig respect laat zien voor de getalsmatige volkswil. Politici zijn er meester in om hun feitelijk verlies als winst te presenteren.

Het uiterst relatieve gegeven van ‘de grootste’ partij (pal in het zicht van precieze verkiezingsuitslagen die ik hier boven ter overdenking in kaart gebracht heb) wordt dan als ‘ongeschreven voorschrift’ gehanteerd in weerwil van het feitelijke getallen-landschap om een leidende rol te spelen bij de formatie van een gemeentelijke regering. Dit laatste omdat in Nederland vrijwel nooit één enkele partij of zelfs niet twee genoeg stemmen krijgen om de zo gewenst de helft + 1 te bemachtigen.

Niet een ‘consensus’ model dat poogt de stemverhoudingen als resultaat van de laatste verkiezingsuitslag te vertalen in een gemeentelijke regering, maar het meest primitieve element uit ons parlementair stelsel, de regel dat beslissingen genomen kunnen worden met een stemverhouding van de helft + 1, is de gehanteerde maatstaf voor coalitie-onderhandelingen.

Deze vorm van ‘berekenend’ formeren van een regering, vermaalt vervolgens een groot deel van de nog enkele weken terug gedane verkiezingsbeloften tot ‘gehakt’, ‘half om half’, ‘half en twee kwart’, ga zo maar door.

Zo blind en dwaas kan het dan toegaan dat eerdere coalities en vroegere coalitiegenoten niet langer omarmd of gedoogd worden, maar te vuur en zwaard bestreden. Zo ontstond er gisteren nog – als ik de twitters van de stadsjournalistiek mag geloven – (1) , de situatie waarbij voormalig coalitie-genoot van de VVD, de Amsterdamse PvdA zei niet van plan te zijn tot een nieuwe coalitie met D66 + VVD. Onbegrijpelijk, zeker daar waar dezelfde PvdA landelijk, tegen heug en meug, maar toch, een coalitie met de VVD dagelijks gestalte geeft.

Een ieder die kan tellen en ook in staat is om die getallen ook als ruimtelijke elementen te begrijpen, kan toch zien dat buiten het grote zwarte gat van de stemonthouders, de twee partijen die – relatief – de meeste aanhang hebben D66 en de PvdA zijn. Als aan de wil van de kiezer enig belang gehecht zou worden, door de politici en hun partijen die zich nu suf vergaderen in de Stopera, dan is een basis-coalitie van die twee toch de meest voor de hand liggende oplossing? De VVD kan er dan nog wel bij om een riante “meerderheid’ in de parlementaire rekenkunde, te realiseren: 30 van de 45 raadszetels.

Ook voor de buiten zulk een schip-van-gemeente vallende partijen (SP en GroenLinks) is er voordeel te halen met deze uitmonstering, omdat het hen zal behoeden voor een zware afstraffing van hun volgelingen wegens ‘collaboratie’ in het volgende verkiezingsjaar dat al aan de einder daagt: 2018.

Dit alles gezegd zijnde vanuit een positie van iemand die met geen enkele van deze partijen een enige band heeft, die van alles verweten kan worden, behalve op enige wijze ‘parti pris’ binnen de Amsterdamse partijpolitiek te zijn.

De kleuren van het Democratisch Palet van Amsterdam zijn ‘flets’ als je ze percentagegewijs weergeeft volgens een vereenvoudigd schema van BLAUW voor Liberalen (D66 en VVD hadden niets voor niets aan lijstovereenkomst in het jaar 2014) (3) en ROOD voor de Socialen. Deze kleuren geven heel effectief het ‘kiezers-draagvlak’ aan (de primaire kleuren BLAUW en ROOD hebben een transparentiepercentage (op een witte achtergrond) gekregen dat overeenkomt met het hen toegekende percentage van het totaal aantal uitgebrachte stemmen in de stad. BLAUW (D66/VVD) wordt dan tot licht- en lichter-blauw en ROOD (PvdA/SP/GL) wordt tot gradaties van roze. Zouden wij deze kleurpercentages op het grote ZWARTE vlak leggen – dat al diegenen representeert die om wat voor reden dan ook niet gekozen hebben – dan blijven – ik heb het zojuist nog even uitgeprobeerd in Photoshop – enkel D66 en de PvdA heel vaag zichtbaar, de rest verdwijnt uit het zicht.

Partijpigment is zelden lichtbestendig en een zwarte ondergrond dooft de meeste kleuren.

—-

(1) Tweet ontvangen op 23/5/2014
Bas Soetenhorst
‏@bassoetenhorst
@tjebbe PvdA weigert coalitie met VVD en D66 #formatie020
Reply Retweet Favorite More
10:31 AM – 23 May 2014

(2) Tabel 1 Uitgebrachte geldige stemmen, blanco/ongeldige stemmen, kiesgerechtigden en opkomstpercentage bij de verkiezingen voor de Gemeenteraad, 2010 en 2014 )op pagina 6)
www.os.amsterdam.nl/pdf/2014_gemeenteraad_definitieve%20u…

(2) 17/3/2014: “ONkiesWIJZER aan de “Linkse kiezer”: Lijstverbinding D66 + VVD = asociaal-neo-liberaal VVD66″
https://limpingmessenger.com/2018/03/20/onkieswijzer-aan-de-linkse-kiezer-lijstverbinding-d66-vvd-asociaal-neo-liberaal-vvd66-herhaald-bericht-in-2018-uit-2014/

zie ook:

– 20/5/2014: “TRAMHALTE STOPERA mei 2014 – aangepaste dienstregeling met “En nu vooruit met nieuw elan: D66 Amsterdam”
https://limpingmessenger.com/2018/03/20/tramhalte-stopera-mei-2014-aangepaste-dienstregeling-met-en-nu-vooruit-met-nieuw-elan-d66-amsterdam/

– 20/5/2014: “Jan Paternotte D66 OMKEER of INKEER van de zegevierder: het Canossa aan de Amstel gaat over Paars”
https://limpingmessenger.com/2018/03/20/jan-paternotte-d66-omkeer-of-inkeer-van-de-zegevierder-geen-paars-maar-donker-bruin/

Over het vol optimisme op 18/4/2014 aangekondigde ‘Groene Akkoord met GroenLInks” dat niet bestand bleek tegen andere partners dan D66 + GL; zie mijn commentaar: “D66 + GroenLinks “HET GROENSTE AKKOORD IN AMSTERDAM” = Totale Uitverkoop Van Sociaal Wonen”
https://limpingmessenger.com/2018/03/20/akkoord-d66-groenlinks-totale-uitverkoop-van-sociaal-wonen-ging-niet-door-in-2014-maar-zal-het-gaan-in-2018/

Read Full Post »

AMSnote6254.02

Nee je kunt niet (meer) op Frits Bolkestein stemmen bij de komende gemeentaraadsverkiezingen, de laatste keer dat dat kon in 2006, werd hij gekozen, maar liet verstek gaan, zo a-serieus en anti-parlementair is deze man die niet zonder publiciteit leven kan. Nee wij allen in Europa hebben in 1999 niet kunnen stemmen bij de uitverkiezing van Frits Bolkestein tot Euro Commissaris voor de Interne Markt.
Toch is het deze Bolkestein die iedere keer, voorafgaande aan verkiezingen of na het bekend worden van de uitslagen, zich als ‘maker’ van de reëel bestaande macht aan de media presenteert (en daar steeds een gewillig oor vindt). Zo ook aan de vooravond van de Amsterdamse gemeenteraadsverkiezingen van het jaar 2018 zo staat in De Volkskrant van 17 maart op het einde van een interview dit te lezen:

Op wie gaat u straks stemmen?

De VVD Amsterdam is al jaren veel te links

‘Nou kijk, de VVD Amsterdam is veel te links. Al jaren. Die lijsttrekker, Van der Burg, heeft gezegd dat Amsterdam meer asielzoekers moet opnemen. Absurd! Ik vind dat-ie weg moet. Zal ook wel gebeuren, maar jammer genoeg pas na de verkiezingen.


Ik vind dat hij weg moet zegt de nestor van de VVD, dat hebben we eerder van hem gehoord zo noteerde ik 5 jaar geleden, in 2013 dit edict van Paus Bolkestein:

“RUTTE MOET HIERNA STOPPEN”

Nieuwsuur & vele anderen bronnen kopten in deze trant afgelopen week.

Weer sprak de onfeilbare paus in naam van De Grote Liberator die in de Hemel zijt van zijn spreekgestoelte, buiten-parlementair en boven iedere vorm van democratie verheven.


Curieus is dat wat in die hele slotpassage van het Volkskrant interview met Frits Bolkestein gezegd wordt. Ik herhaal het eerste deel en geef daarbij ook zijn uitspraak op wie hij dan wel gaat stemmen:

Op wie gaat u straks stemmen?

De VVD Amsterdam is al jaren veel te links

‘Nou kijk, de VVD Amsterdam is veel te links. Al jaren. Die lijsttrekker, Van der Burg, heeft gezegd dat Amsterdam meer asielzoekers moet opnemen. Absurd! Ik vind dat-ie weg moet. Zal ook wel gebeuren, maar jammer genoeg pas na de verkiezingen. Ik stem deze keer op Hala Naoum, de nummer 5 op de VVD-lijst. Zij is absoluut niet links. Ze is een Syrische christen die op haar 15de naar Nederland is gekomen. Hala is Nederlandse geworden, ze heeft gestudeerd, ook in Parijs. Ik ken haar persoonlijk, ik heb haar gesteund bij haar kandidaatstelling op de lijst. Een heel begaafde jonge vrouw. Voor mij, heren, is Hala de hoop in bange dagen.’

Bolkestein_meer-asielzoekers_Hala

Als verlosser voor Amsterdam wordt hier een Syrische christen, Hala Naoum Néhmé, opgevoerd, die zo begrijpen we uit het eerste deel van Bolkestein’s uitspraken over de door hem beoogde VVD beleidslijn voor Amsterdam ‘tegen het opnemen van meer asielzoekers’ is en bij eventuele verkiezing, zal zijn. Bolkestein suggereert dat de dochter van asielzoekers in Nederland, wier ouders als Syrische christenen in het verleden (1999) de onderdrukking in hun land van oorsprong ontvlucht zijn, zich keert in het heden tegen opname van nieuwe asielzoekers, dus ook die uit Syrië, dit niet enkel als een tot Nederlander genaturaliseerde, maar ook als een christen, zonder enig erbarmen.

In een lang interview in Het Parool van 12 december 2017 onder de kop “Toekomstig VVD-raadslid Hala ­Naoum Néhmé (33) kwam hier vanuit ­Syrië”, wordt door haar hoog opgegeven over “Nederlandse waarden” en het voordeel bij integratie in Nederland door het christelijke geloof van het gevluchte gezin. Ik lees nergens iets over het beperken van asielaanvragen, laat staan met betrekking tot Amsterdam. Dit roept nog meer vragen op. Is er sprake van een verborgen agenda waarbij de geloofsovertuiging van asielaanvragers een rol speelt? Of heeft Frits Bolkestein domweg Hala Naoum Néhmé verkeerd begrepen, of wil hij haar zijn visie op een noodzakelijke beperking van asielzoekers via de media opdringen. Ook kan het zijn dat de helderheid van de geest van Bolkestein – gezien zijn hoge leeftijd – af en toe te wensen overlaat. Nog eens een keer die beide interviews (met Frist Bolkestein en Hala Naoum) overgelezen en het woord “absurd” als diskwalificatie van een streven door VVD wethouder Van der Burg, blijft nagalmen. Ook zie ik dit punt in de reacties in de pers van Van der Burg op het edict van Bolkestein, niet nader genoemd worden.

In een web-bulletin van het lokale nieuws van Zwolle, staat een wat uitgebreider artikel daterend van 27 mei 2016 waarin Hala Naoum aan het woord komt, met name over integratie. De geschiedenis van haar aankomst en de wijze waarop zij kansen kreeg om te integreren zijn leerzaam, zij zegt er zelf over dat wat haar overkomen is een ‘buitenkans’ was (opname in een Nederlands gezin om de taal en cultuur te leren, in haar tiener jaren). Zij weet ook zinnige dingen te zeggen over waarom integratie in andere gevallen niet goed verloopt. Hier een langer citaat:

Over het algemeen doen asielzoekers het beter qua integratie dan die arbeidsmigranten. Het is een heel bekend onderzoeksresultaat. Tegelijkertijd heb je binnen de groep vluchtelingen ook mensen die altijd hele grote uitkeringsafhankelijkheid hebben gehouden zoals Somaliërs. Ik ben nu vrijwilliger in een van de opvangcentra voor Syrische vluchtelingen in Amsterdam. Ik moet optimistisch zijn over hun integratie kansen, maar toch ben ik dat niet. Ze hebben allereerst een ongelofelijk trauma opgelopen in Syrië. Daarnaast zijn ze ook onrustig omdat ze hopen hun familie over te kunnen laten komen. Tot die familie hier is, is al het geld dat je in de integratie steekt weggegooid geld. En zelfs als ze dan blijven, zullen ze altijd rancuneus zijn dat het westen niet heeft ingegrepen in Syrië. Er zullen ook altijd uitzonderingen zijn, maar ik denk dat hun integratie nog slechter zal gaan.

Nergens staat er iets waaruit kan blijken hoe deze dochter van asielzoekers uit 1999, zich in 2018 tegen de komst van asielzoekers zou kunnen gaan richten. Het lijkt erop dat Frits Bolkestein op een schandelijke wijze zijn eigen visie en politieke manipulatiedrift heeft vermengd. Hoe kan het dat dit de twee journalisten die hem een  interview hebben afgenomen, Frénk van der Linden en Pieter Webeling, dat niet nagetrokken hebben?
Dit alles is tekenend voor de oppervlakkigheid en het nabauwen in zowel de reguliere als de sociale media van wat in krantenkoppen staat, zonder enige verdere toetsing.
Is dit dan ook niet een voorbeeld van NEPNIEUWS met als originator de nestor van de VVD?



Hieronder de tekst van het vorige optreden van Paus Bolkestein



(Deze prent heb ik al enkele jaren geleden gemaakt bij eerdere ex-cathedra uitspraken van Bolkestein, maar heb die destijds laten liggen… )

Het is trouwens dringen om de pauselijke stoel van de Liberalen, ook Hans Wiegel de zelf gekroonde koning van het gelijknamige éénmanskabinet (*) en Ed Nijpels de man met de gouden stropdas deden soortgelijke uitspraken.
——

Inspiratiebron Nieuwsuur: “Oud VVD-leider Frits Bolkestein zegt dat het beter is als Mark Rutte na deze periode stopt als VVD-leider. Bolkestein: “Als ik Rutte zou zijn zou ik deze periode afmaken en dan zou ik daarna commissaris in Brussel worden.” Volgens Bolkestein doet Rutte het goed, maar is het onvermijdelijk dat er na tien jaar partijleiderschap ‘metaalmoeheid’ optreedt. ”
nieuwsuur.nl/onderwerp/490283-bolkestein-rutte-moet-hiern…

– extra parlementair = buiten parlementair (tijdens de roerige dagen van activisme in de zestiger tot en met de tachtiger jaren van de vorige eeuw, werden al diegenen die meenden zich buiten het netjes verkozen parlement om met politiek te moeten bemoeien, vaak weggezet als ‘ondemocratische buiten-parlementaire elementen’. Interessant is te constateren dat als ex-politici, die niet langer volksvertegenwoordigers zijn, zich plompverloren als ‘koningsmakers’ in de politiek mengen. Dan wordt dat niet als ‘on-democratisch gezien.

-ex cathedra

Ex cathedra is afkomstig van het Latijn en betekent letterlijk: ‘vanuit de zetel’ (gesproken vanuit de pauselijke zetel). De uitdrukking heeft verschillende betekenissen:
een beslissende en gezagvolle leeruitspraak van de paus.
iets op zeer belerende toon uitspreken.
voor een groep mensen een bepaalde materie doceren.

NB de cathedra van Bolkestein staat in Amsterdam in het buurtje aan de Amstel dat de toepasselijke naam ‘De Omval” draagt, alwaar zijne eminentie zijn kathedraal bewoont.

“Wanneer de Bisschop van Rome met het hoogste leergezag (ex cathedra) spreekt, dat wil zeggen, wanneer hij zijn ambt van herder en leraar van alle christenen uitoefent en met het hoogste apostolische ambtsgezag definitief beslist, dat een leer over geloof of zeden door de gehele Kerk gehouden moet worden, dan bezit hij op grond van de goddelijke bijstand, die hem in de heilige Petrus is beloofd, die onfeilbaarheid, waarmede de goddelijke Verlosser zijn Kerk bij definitieve beslissingen in zaken van geloofs- en zedenleer wilde zien toegerust. Deze definitieve beslissingen van de Bisschop van Rome zijn daarom uit zichzelf (ex sese) en niet op grond van de toestemming der Kerk onveranderlijk (irreformabiles).” (Wikipedia)

– ex-politicus = Bolkestein was volksvertegenwoordiger tot 1998. In het jaar 2006 stond hij nog wel (als lijstduwer) op de VVD lijst voor Amsterdam, maar ondanks voorkeursstemmen zag hij af van deze lokale parlementaire rol. Hij zei in het jaar 1998 nog publiekelijk de ambitie te hebben minister-president te worden. Dat is hem nooit gelukt, cq overkomen.
————-
(*) zie mijn prent “ÉÉNMANSKABINET niet gekozen maar zelfgekroond WIEGEL II”
flic.kr/p/dsnqZW

Read Full Post »

Read Full Post »

Keep on embroidering GreenLeft or the reconfiguration of a party that lost more than half its seats in the last September 2012 elections in the Netherlands (from 10 to 4 seats); “zin in de toekomst” is the party slogan of GreenLeft and means something like “fancy the future” also something like “make sense of the future” and “a sensible future”; In the past two years the GreenLeft party has alienated itself on more than one occasion with the centre-right government coalition of liberals and christian-democrats, supported by right wing PVV party of Wilders; this has lead to a bewildered electorate that choose to vote for the less compromised social-democrat party; less compromised only in these last two years after the fall of the the liberal/social-democrat and christian-democrat coalition in the year 2010)

—-

Zie ook: Voor JOLANDE SAP: niet ieder kruisje is een mandaat – ofwel afstraffing voor aangegaan monsterverbond door GroenLinks

Read Full Post »


De hele idee van het kiezersmandaat – in zijn huidige vorm – is altijd al een probleem geweest en gebleven. Zo is er nu het voorstel van de 2e kamervoorzitster Gerdi Verbeets (PvdA) om na de val van een kabinet gewoon door te regeren en de volle 4 jaar af te maken, iets waar nog weinigen zich direct en publiekelijk tegen gekeerd hebben. Arrogantie van “volksvertegenwoordigers”, in een nog verdere gaande structurele vorm dan al die verliezende partijvoorzitsters en -zitters die allen zeggen gewoon aan te blijven.

Jolanda Sap leek mij ooit iemand die wel goed haar huiswerk deed als kamerlid (1), maar als lijsttrekker toont zij weinig begrip voor de ‘demos-kratos’ – al was het maar in de gefingeerde vorm van ‘onze’ parlementair stelsel.

Zij zegt zich gesterkt te voelen in haar overtuiging ondanks het eclatante verlies van GroenLinks en gewoon als partijvoorzitsters aan te blijven.

GroenLinks kamerlid van voor deze verkiezingen Rick Grasshold wordt geciteerd in Het Parool van 14 september, een artikel met de veelzeggende kop “Sap blijft – er is niemand anders”:

“Wat moet ik zeggen? We hebben echt tot het uiterste campagne gevoerd, maar het resultaat is er niet naar. Ik weet het even niet meer.”

Het is ook niet de campagne en de wijze waarop die gevoerd is (zoals een aantal hoogleraren in politiek en communicatie in de dagen vlak voor de verkiezingen nog verzuchtten in de Volkskrant), het is – heel simpel – het gevoerde beleid van GroenLinks in de afgelopen ‘jaren’, dat te ver afgedreven was van het vaste land van de daadwerkelijke trouwe GroenLinks-stemmers.

Sap prijst zichzelf altijd als iemand die tegen de stroom oproeit en pas bij tegenwind in vorm komt.

“Wij zijn zelf zo wie zo buitengewoon gemotiveerd om heel scherp te gaan controleren. We zullen ook zelf regelmatig ter plekke gaan kijken, er zijn goeie contacten in Afghanistan en we zullen de achterban daar ook heel goed bij gaan betrekken en op de hoogte houden.” (1:02)

Aldus Jolande Sap na haar eerste GroenLinks Congres in Utrecht, zaterdag 5 februari 2011 sprekend in de NOS microfoon. “Goeie contacten in Afghanistan”, je vraagt je af hoe ver de contacten en expertise van partijleidster Sap wel niet reiken, zou dat bij de lokale bevolking zijn of gewoon een persvoorlichter binnen de muren van één van de forten van NATO of  ISAF? Terug naar dat congres…

Het was een schizofreen congres dat enerzijds “een motie van treurnis” aannam over de steun van de Tweede Kamerleden van GroenLinks voor het regeringsbeleid, dat een ‘politionele missie’ in de provincie Kunduz in Afghanistan ondernam. Een congres waar jonge vredesactivisten een ludieke actie tegen dit GroenLinks besluit voerden, met nep-politieagenten die het congresgebouw beveiligden. Een congres dat pal daarvoor – echter wel – een ‘motie van afkeuring’ verwierp die de kersverse partijleidster van het podium gestoten zou hebben.

Toch blijft dat niet met de oorsprong van GroenLinks strokende beleid van het steunen van Nederlandse deelname aan militaire acties, doorvreten. Eén van de vijf partijen die ooit tot GroenLinks fuseerden was de PSP, ofwel de Pacifistische Socialistische Partij. Zo komt op hetzelfde NOS verslag van het congres een wat oudere man (Paulus de Wilt is mij later verteld tj.) in beeld (0:52) die zegt:

“Ik ben 21 jaar lid van GroenLinks, de partij zit in mijn hart, ik heb er ontzettend veel moeite mee dat dit gebeurd, maar ja het is niet anders, je hebt het af en toe accepteren.”

Dat klinkt dan weer als een houding die haar oorsprong vindt in weer een andere wortel van GroenLinks, de CPN, ofwel de Communistische Partij Nederland, waar het onderschikt maken van het ‘persoonlijk gevoelde’ aan een  hoger, door de partij bepaald belang, een vanzelfsprekendheid was, ongeacht de kille tegenwind van de Koude Oorlog.

Op de Indymedia.nl web site stond dit verslag van het protest tegen GroenLinks Kundus steun:Eerste Dwaze Training Kunduz Politie bij GL. De Politie van Kunduz zou ergens op de planeet les moeten krijgen. Geen betere plek op zaterdag 5 february dan het congres van GroenLinks in Utrecht! Rond 10.30 uur kwamen de eerste recruten opdagen en probeerden ze voor de eerste keer in hun leven een gebouw veilig te stellen waar (je weet maar nooit!) Taliban zich zou kunnen verschuilen. Helaas was de coördinatie met andere geuniformeerde krachten nog niet helemaal zoals het zou moeten zijn…Verschillende pogingen om de zaal binnen te komen, faalden op ‘n dramatische wijze. Veligheidstypes wisten niet van de nieuwe, belangrijke missie en duwden het bataljon van de Kunduz Politie uit het gebouw. De enige overgebleven mogelijkheid was om door te gaan met onze dwaze training buiten het gebouw. Gelukkig was er professionele ondersteuning van de Nederlandse politie uit Utrecht – die het heerlijk vonden om met ons te oefenen! Met hun spelen was echt dikke pret!We weten dat de volgende Nederlandse bijdrage aan een NATO-missie niet erg goedkoop is: het begint met 500 miljoen Euro. Maar dan krijg je ook iets heel moois! We leerden bijvoorbeeld de typisch Nederlandse polonaise en zongen: “Olé, olé, olé – we gaan naar Kunduz – we gaan naar Kunduz!”  (2)

Dan komt op 26 april 2012, vlak na de struikeling van kabinet Rutte I – in de tuin van het Catshuis –  over het uitgestoken been van Geert Wilders, de reddende hand van de gelegenheids-coalitie van D66, GroenLinks en de Christen Unie, die ten val gebrachte gedoogregering nog even overeind helpt. Dit in een zelfde combinatie die destijds de regering Rutte aan een meerderheid hielp voor voortzetting van de ‘politionele actie’ in de Afghaanse provincie Kunduz.

Verdraaiing van mijn hand van een krantenkop in de Volkskrant vlak naar het sluiten van het zogenaamde ‘Kundus-akkoord’ waarbij gewag gemaakt van een ‘lente-offensief’ van de Taliban in Afghanistan, wat ik dan voor mijn geestesoog zag als oprukken over de onderhandelingstafel in de fractiekamer van D66 op het Binnenhof. NB ‘kurduz-coalitie’ c.q. ‘kurduz-akkoord’ ook wel ‘wandelgangenakkoord genoemd: “Er zijn verschillende namen voor het akkoord. De term wandelgangenakkoord is ontstaan doordat minister De Jager van Financiën en de fracties in de Tweede Kamer voortdurend heen en weer liepen door de wandelgangen van het Tweede Kamergebouw. Vandaar de naam wandelgangenakkoord. GroenLinks noemde de partijen die het met elkaar eens waren de regenboogcoalitie. De partijen trokken eerder samen op toen het ging om de politietrainingsmissie in de Afghaanse provincie Kunduz. Vandaar dat deze coalitie ook wel de Kunduz-coalitie wordt genoemd.”[citaat van een Nederlandse Wikipedia pagina die in mei dit jaar genomineerd is om verwijderd te worden, met ander woorden het was toen een nog ‘zwevende term’]

Vandaar ‘Kunduz-coalitie’ (ondanks pogingen van CDA Minister De Jager om het wat vriendelijker ‘Lente offensief ‘ te noemen). Maar liefst 16 miljard Euro aan ‘ombuigingen’ en lastenverzwaringen, worden in dit begrotingsakkoord vast- en voor het jaar 2013 opgelegd. Ook dit moet een deel van de achterban van GroenLinks verbijsterd hebben. Zo niet het partijbestuur, die steeds  ‘Realpolitik’ boven ‘oppositie’ blijkt te verkiezen. Een partijbestuur dat willen laten zien – om met Femke Halsema op het GL-Congres van 28 november 2009 te spreken –   “GroenLinks is klaar om te regeren.”

Een veelvoud aan verwijderingen bij GroenLinks voltrekt zich: tussen GroenLinkse kamerleden onderling (de potsierlijke ‘partijleider’ verkiezingen), tussen kamerfractie en partijbestuur, als ook tussen partijbestuur en partijleden. Dit alles leidt dan uiteindelijk tot de vervreemding van potentiële kiezers van “hun partij”, die iets anders is geworden dan dat wat zij als GroenLinks kenden.

De afstraffing van GroenLinks in de jongste verkiezingen is zeker ook toe te schrijven aan deelname van GroenLinks aan dit tussendoor geflanste Kunduz-akkoord, dat sommige commentatoren “een huzarenstukje” noemden (FritsWester/RTL Nieuws) maar bij de achterban klaarblijkelijk gezien werd als een verwerpelijk ‘monsterverbond‘.

Het is niet enkel GroenLinks dat te lijden heeft gehad van getoonde ‘regeringskoorts’ tijdens de 2012 verkiezingsstrijd. Ook de SP heeft dit moeten ervaren, alhoewel deze partij zichzelf  niet op gelijke wijze als GroenLinks gecompromitteerd had door de ondersteuning van het Kabinet Rutte I. Anders dan bij de SP kon er bij GroenLinks geen sprake zijn van een gedroomde ‘grote voorsprong voorwaarts’ van oppositie- naar meerderheids-regeringspartij. De GroenLinks strategen moeten het verdeelde politieke landschap dat de 2010 verkiezingen opleverden, voor ogen hebben gehad, waarbij regeringsmeerderheden van gelijkgezinden niet of nauwelijks te vormen waren. Door zich het lot van het gevallen kabinet Rutte I aan te trekken, dachten deze strategen, hun eigen droom van regeringsdeelname (Halsema 2009) te kunnen verwerkelijken. Overwaardering van wat een kleinere fractie in een regeringscoalitie vermag te weeg te brengen, gekoppeld aan een onderschatting van het effect van oppositie bedrijven.

De teloorgang van grote gelijkgestemde regeringscoalities openbaart zich al gedurende bijna twee decennia, een gegeven dat de betekenis van ‘oppositie partijen’ veranderd heeft, van machteloos toezien, tot actief tussenbeide komen. De betekenis van het recht van een ieder Kamerlid om het initiatief te nemen om een wetsvoorstel in te dienen is de laatste decennia ook ingrijpend veranderd. Vond dit in de regeringsperiode 1945-1967 nog slechts 8 x plaats, in de periode 1973-1990 was dat opgelopen tot een aantal van 67 initiatieven. Tegenwoordig heeft ook de oppositie recht op ambtelijke ondersteuning bij het opstellen van zulke initiatieven. Dus oppositie is al lang meer dan enkel lijdzaam toezien. Daarbij moet ook gerekend worden het recht van amendement van ieder kamerlid – al dan niet deelnemend aan de regering – op regeringsvoorstellen. Sterker nog, met minderheidscoalities (zoals de VVD/CDA gedoogconstructie met de PVV) en heterogene coalities zoals Paars (VVD/PvdA/D66) en met de mogelijke herhaling van dat coalitiemodel, komen besluiten meestal tot stand en worden zij vaak gewijzigd door wat heet ‘shoppen’ van de regering voor een kamermeerderheid per ingediend voorstel. Niet enkel in de Tweede, maar ook in de Eerste Kamer.

Een partij als GroenLinks verzwakt enkel zichzelf als zij kiest voor regeringsdeelname. Het getalsmatige machtsspel van ‘een meerderheid is de helft + 1’ biedt in het huidige politieke bestel van Nederland voor kleine partijen meer kansen vanuit de oppositiebanken dan op het regeringspluche. Op basis van het partijprogramma kiezen welke thema’s gesteund en welke bestreden worden. Dat maakt dat het door de kiezers gegeven mandaat niet verkwanseld hoeft te worden en het bestaansrecht van zoiets als GroenLinks tijdens een regeringsperiode bewezen kan worden.

Het is de herinnering van wat al gedaan is en niet de beloften van de toekomst die bepalend zijn voor kiezersgedrag. In die zin zou het GroenLinks logo met de leuze “zin in de toekomst” aanpassing verdienen.

Links het huidige logo van GroenLinks, rechts een affiche-ontwerp van Diana Scherer dat zij in opdracht van de VPRO om eens een ander beeld te geven van een partij, in het jaar 2010 maakte (3)

————-
(1) Sap stelde in een vroeg stadium kamervragen over de oplichtingspraktijken van Dirk  Scheringa en zijn DSB bank (aangeizen de link van het Ministerie van Financiën verdwenen bleek,  hierbij de volledige tekst uit mijn documentatiesysteem, om een indruk te geven van de grondige werkwijze van Jolande Sap als kamerlid in de periode dat Femke Halsema de fractie leidde:

Antwoorden op kamervragen kamerlid Sap hypotheken DSB Bank

 Kamervragen | 18-05-2009 | Kredietcrisis

 De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal

Postbus 20018

2500 EA Den Haag

 Datum 18 mei 2009

Ons kenmerk: FM09-960

Betreft Kamervragen SAP

 Geachte voorzitter,

 Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen gesteld door het lid Sap (GL) over hypotheken van DSB Bank.

 Hoogachtend,

de minister van Financiën,

 Wouter Bos

 1) Bent u bekend met de uitzending van Tros Radar van 13 april over hypotheken van de DSB Bank?

 Ja

 2) Bent u bekend met het bericht “AFM: Maak een einde aan tophypotheek”

 Ja

 3) Is het waar dat er een groot aantal hypotheken is verstrekt van boven de 125% van de executiewaarde van een huis? Zo ja, hoeveel zijn dit er en door welke banken zijn deze verstrekt?

 Recente exacte cijfers zijn niet bekend. Uit cijfers van het onderzoek woON (2006) blijkt dat 68% van de koopstarters een Loan to Value (LTV) van meer dan 100% heeft, terwijl het gemiddelde van alle eigenaren op 21% ligt. Wat betreft Loan to Income (LTI) heeft 20% van de koopstarters een LTI van meer dan 5,0, terwijl het gemiddelde van alle eigenaren op 9% ligt in 2006.

 4) Is het waar dat dit een structurele overtreding is van de gedragscode hypothecaire financiering?

 Nee. De Gedragscode Hypothecaire Financieringen (GHF) bevat niet zulke exacte voorschriften hierover. Op dit moment is namelijk vastgelegd in de code dat ten aanzien van hypotheken op inkomen getoetst moet worden. Er hoeft niet op LTV, de verhouding van het krediet t.a.v. de onderliggende waarde van het pand, te worden getoetst. Hiervoor geldt alleen een waarschuwingsplicht voor kredietverstrekkers. Maar DSB Bank dient wel te voldoen aan de (zorg)plicht om verantwoord krediet te verstrekken. Dit is een open norm die in de wet is opgenomen. Op dit moment wordt de open norm ingevuld door de GHF. De AFM houdt toezicht op invulling van deze norm door de sector, en dus ook op invulling van deze norm door DSB Bank.

 Zo ja, bent u bereid deze gedragscode wettelijk te verankeren? Of hoe bent u anders voornemens hier tegen op te treden?

 Dit is niet nodig conform het huidige wettelijke kader. De Wet op het financieel toezicht (Wft) bevat een verbod op overkreditering waarin een open norm is neergelegd.

 Artikel 4:34 bepaalt dat de aanbieder geen kredietovereenkomst aan mag gaan met een consument indien dit, met het oog op overkreditering van de consument, onverantwoord is.

 Het is in principe aan de aanbieder van krediet om invulling te geven aan deze norm. In de lagere regelgeving (artikel 115 van het Besluit gedragstoezicht financiële ondernemingen) is bepaald dat de aanbieder zijn criteria voor kredietverlening vastlegt en deze toepast bij de beoordeling van een kredietaanvraag. Dit wijst er op dat de wetgever het ook in eerste instantie aan de aanbieder heeft over willen laten de norm in te vullen. In de praktijk heeft de sector hieraan invulling gegeven met de Gedragscode Hypothecaire Financiering. De AFM houdt toezicht op de invulling hiervan.

 5) Wat vindt u van de uitspraken van de directeur van de AFM dat er geen hypotheken van boven de 100% van de woningwaarde meer verstrekt zouden moeten worden?

 Het huidige voorstel van de AFM zou een aanscherping van het toezichtbeleid betekenen. In de regel komt dit beleid tot stand in nauw contact met het ministerie van Financiën, De Nederlandsche Bank en de sector. De AFM is voornemens om in mei het voorstel te concretiseren en nader te onderbouwen met onderzoek. Het ministerie van Financiën zal in samenspraak met de ministers voor WWI en EZ het voorstel van de AFM bestuderen en hierbij letten op de maatschappelijke en economische gevolgen, en in het bijzonder op het voorkomen van ongewenste gevolgen voor de woningmarkt (zoals startersproblematiek, belemmering doorstroming en stagnatie in de woningbouw). Zoals de voorzitter van de AFM ook al meldde liggen in de huidige economische omstandigheden abrupte maatregelen niet voor de hand.

 6) Hoe denkt u dat bij deze eventuele 100% norm zo goed mogelijk rekening gehouden zou kunnen worden met de positie van starters?

 Zie antwoord op vraag 5.

 7) Bent u ook van mening dat het aantal gevallen waarbij de norm van 4,5 keer het jaarinkomen wordt overschreden, teruggedrongen dient te worden?

 Ja, in principe is in de Gedragscode Hypothecaire Financiering deze norm vastgelegd. De AFM houdt toezicht op invulling van deze norm door de sector. Als de AFM van mening is dat deze norm onvoldoende wordt gehandhaafd, kan de AFM sanctioneren. De AFM heeft aangegeven van plan te zijn stringenter toezicht te houden op naleving van deze norm.

 8) Is het waar dat de DSB Bank provisies ontvangt van tot wel 85% van de koopsom van een polis? Zo ja, zijn er ook andere banken die zulke hoge premies ontvangen?

 In de uitzending werden cijfers genoemd van 80 tot 85 % provisie voor de verkoop van een verzekering door DSB Bank. De huidige provisieregels gelden per 1 januari 2009 voor hypotheken en complexe producten. Op grond hiervan dient de provisie in verband met hypotheken vooraf transparant te worden gemaakt aan de klant. Verder moet deze provisie voldoen aan een inhoudelijke norm (inducement- norm). De provisie mag op grond daarvan niet te hoog zijn. De AFM houdt toezicht op deze nieuwe regels.

Exacte cijfers zijn ons niet bekend over andere banken.

 8) Deelt u de mening dat alle in dit verband direct aan de koopsom gerelateerde provisiebetalingen, zoals “marketingbijdrages” en “winstdelingen” onder de regelgeving op het gebied van provisietransparantie zouden moeten vallen?

 Daarbij wordt ook de vraag gesteld of een ‘gegarandeerde winstuitkering’ ook een provisie is. Binnen de provisieregelgeving worden alle betalingen van een aanbieder aan een tussenpersoon geregeld. Daarbij maakt de naam die op een dergelijke betaling wordt geplakt niet uit.

 9) Bent u bereid zogenaamde kredietbeschermers (zoals een overlijdensrisicopolis), evenals “complexe financiële producten” ook onder deze regelgeving te laten vallen?

 Er is momenteel een discussie gaande over de reikwijdte van de provisieregels. Een belangrijk punt daarbij is of deze regels van toepassing moeten worden op eenvoudige financiële producten zoals woonlastbeschermers en overlijdensrisico- en uitvaartverzekeringen. Daarom worden deze regels uiterlijk begin volgend jaar geëvalueerd. Dit is toegezegd aan uw Kamer d.d. 6 november 2009.

 10) Deelt u de mening dat er een maximum gesteld moet worden aan de provisie bij bijvoorbeeld kredietbeschermers?

 Het is niet de bedoeling om een maximum aan provisies te stellen, maar wel om te toetsen of een provisie niet in strijd is met het behartigen van het belang van de klant.

 11) Bent u bereid aanbieders van bijvoorbeeld overlijdensrisicoverzekeringen te verplichten de kostenstructuur van deze verzekeringen openbaar te maken?

 Zie antwoord op vraag 9.

 12) Bent u bereid lopende het onderzoek van de AFM naar de tophypotheken van de DSB, de DSB te sommeren de invordering van deze schulden bij mensen die in grote betalingsproblemen komen op te schorten, in afwachting van de resultaten van het AFM onderzoek?

 Deze bevoegdheid bezit ik niet. De AFM heeft van mij de bevoegdheid gekregen om, als toezichthouder op de financiële markten, te sanctioneren bij overtreding van overkrediteringsnormen. Voor het overige is het aan de bank en cliënten zelf om te proberen een oplossing te vinden voor hun onderlinge problemen. Hierbij kan het burgerlijk recht ook een rol spelen. DSB Bank heeft aangegeven zelf een regeling te willen treffen met de gedupeerden (Stichting Hypotheekleed).

 13) Kunt u aangeven wanneer de Kamer de resultaten van het onderzoek van de AFM kan verwachten?

 De AFM kan geen onderzoeksgegevens van individuele instellingen publiceren als dit vertrouwelijke toezichtsinformatie betreft. De AFM heeft wel mogelijkheden om een eventuele boete met het boetebesluit waarin de boete wordt toegelicht te publiceren.

 Meer informatie

Brief aan de Tweede Kamer

18-05-2009 | PDF bestand, 34 Kb

(2) Indymedia.nl “Eerste Dwaze Training Kunduz Politie bij GL “

(3) Website Mediacultuur: VPRO verkiezingsaffiche voor GroenLinks gemaakt door Diana Scherer in 1010

Read Full Post »

BETER ÉÉN IN DE HAND DAN DE ZWERM OP VLUCHT, spreekwoord van 13 september 2012, nu Wilders en zijn PVV als partij afgestraft zijn, maar niet de PVV kiezers. Zij en hun denkbeelden, zijn nog niet uit de lucht.

In de gedoogconstructie van Kabinet Rutte 1 gijzelde Wilders de minderheidscoalitie van VVD en CDA, maar er was ook de keerzijde, Wilders kon – als gedoogregeerder – niet anders dan langzamerhand in binden en zag zich zelfs genoodzaakt zijn campagne doelpalen in het politieke veld gaandeweg te verplaatsen. Islamofobie verdween geleidelijk op de achtergrond en het Dictaat Van Brussel en de Ouden Van Dagen werden zijn nieuwe thema’s. Het Zwartboek Ramadan van de PVV was een laatste opflikkering, maar tijdens de verkiezingscampagne kwam dit thema nauwelijks nog terug bij Wilders en de zijnen.

Wilders hield anderen in zijn greep en kwam hiermee zelf in de greep van die anderen.

Nu is een deel van zijn kiezers gewoon niet komen opdagen en heeft een ander deel zijn ‘toe-vlucht’ gezocht bij de SP en de VVD, zo werd ons gisteravond uitgelegd bij de plaatselijke verkiezingsstatistieken. Het Wilderiaanse ideeëngoed is zich nu aan het nestelen in die partijen. Het Wilders-virus blijft actief in Nederland.

Tag PhotoAdd LocationEdit

Read Full Post »

Read Full Post »

De molen van de parlementaire democratie heeft afgelopen woensdag 12 september gemalen en wat er uit kwam was een iets ander soort half om half  gehakt als dat wat we de afgelopen twee jaar geslikt hebben.

“Een zakje kruiden erbij…” vraagt de slager dan, aangezien door het mengen de specifieke smaken verloren zijn gegaan.

Hoe wordt het nieuwe mengsel gekruid, hoe gevormd en bereid? Heel erg vers lijkt het nieuwe gerecht niet opgediend te kunnen worden. Het wachten is nu allereerst op een formateur die het gehakt gaat kneden, tot die gevonden is gaat de uitdraai nog even in de koelkast. Ook de discussie over bereiding – braden, bakken, grillen of stoven – zal de nodige tijd nemen. Het ziet er naar uit dat de nieuwe keuken meer dan één chef-kok heeft en dat is niet bevorderlijk voor het gezwind opdienen.

Zegt de slager: “Wat een onzin allemaal, of je het nu links om of rechts om draait, het blijft gehakt.”

vergelijking recept 2010 – 2012

Read Full Post »

VOORWAARTS IS MAAR 1 STAP ….

(forward is only 1 step; local context picture about Dutch elections on September the 12th for a new government, with 21 parties participating and several possible government coalitions as an outcome – without any pre-election combines presenting themselves. So, too many options that will be dealt with by the parties after the elections, without the voters having any more influence. More of a gamble than anything. Voting with your wooden-shoes is referring to the Dutch expression ‘you can sense/guess that with your wooden-shoes on’… and I can assure you you will not feel too much of what lays below your feet when you wear these wooden contraptions)

Read Full Post »

OPLAND tekende dit affiche in het jaar 1972: zit in de collectie van het IISG, het resultaat was dat D66 van 11 terug ging naar 6 zetels, de PPR van 2 naar 7 en de PvdA van 39 naar 43 zetels… de VVD ging toen van 16 naar 22 zetels. En na veel geharrewar werd het Kabinet Den Uyl gevormd, een hele optelsom van maar liefst 5 partijen: PvdA, KVP, ARP, PPR en D66.

 

De CPN werd toen door Opland niet gezien als iets progressiefs en zo ook niet de PSP, die was dan weer te radicaal voor Opland, die uiteindelijk altijd een sociaal-democratische man die voor een ex-katholiek Volksdagblad werkte bleef…

Read Full Post »

Alexander Pechtold D66 bij de de formatiewip hopend opportuun in het midden heen en weer te kunnen schuiven en zo een minderheidscoalitie van twee tot elkaar veroordeelden grotere partijen, ten voordele van D66 te kunnen sturen.

Pechtold heeft van het begin af aan tot vervelens toe zijn verhaal van de noodzaak van het midden verkondigd.

Read Full Post »

VVD RUTTE’S BANENPLAN belooft in de utopische traditie van de socialistische en communistische regeringen “een stralende toekomst” op basis van een ‘partij-programma’ en een rekenmodel van het Centraal Planbureau. (1)

WENS wordt ons voorgetoverd als WERKELIJKHEID omdat één enkel ambtelijk rekenbureau (2) middels digitale koffiedikkijkerij (3) zegt dat het ingediende huiswerk voor de toekomst van een partij, klopt.

Alle ‘slagen om de arm’, alle beroepsmatige relativeringen, alle andere mogelijke rekenmodellen, worden buiten beschouwing gelaten. Heel de verkiezingsstrijd wordt zo opgehangen aan wensen en verwachtingen in een toekomst die niemand voorspellen kan.

Ware het niet beter vooral naar het verleden te kijken, als het gaat om de waarde van een bewering en je stem te bepalen?

Vrije Nederland Maurits Martijn en Map Oberndorff vragen op 4/4/2009: “Is het dan terecht dat in deze crisistijd zoveel gewicht wordt toegekend aan uw voorspellingen?” CPB directeur Coen Teulings “Kijk, allereerst zijn wij slecht in voorspellen. Economie voorspellen is net zoiets als het weer voorspellen. Het weer lukt nog wel voor een paar dagen, daarna wordt het heel moeilijk. Wij voorspellen voor een half jaar vooruit met redelijke zekerheid, daarna wordt het snel onzekerder. Voor 2010 is de onzekerheid helemaal gigantisch. Nou ja, we hebben enig idee, maar niet meer dan dat. Eén ding weten we wel zeker: het zal niet prettig worden. We moeten goed nadenken over hoe we verder gaan.” (4)

De Grote Sprong Voorwaarts van de trotse Liberalen die het Blauwe Banier volgen naar een “schitterende toekomst.”

Een voorbeeld van platvloers gebruik van statistiek kregen we kortgeleden van de VVD die via hun web site en advertenties een statistiek verspreidde afgesteld op de veronderstelde ‘oliedomme kiezer’, waarin het bewijs geleverd wordt dat met de VVD er 285.000 banen bij komen en met de SP er  precies evenveel banen af gaan. Een waarlijk stukje Stalinistisch rekenen van deze liberale  socialistenhaters. (5)

Nieuws-tableau dat ik de eerste week van september maakte als reactie op de platvloerse argumentatie en rekenmethode van de VVD die mij aan het Stalinisme herinnerde…

———–

(1) Web site VVD 27/8/2012: “CPB: VVD IS BANENKAMPIOEN”

Het VVD programma zorgt ervoor dat meer dan 375.000 Nederlanders een baan vinden. Het CPB berekent dat de aanpak van de VVD tot een half miljoen méér nieuwe banen leidt dan de aanpak van bijvoorbeeld de SP.

(2) Volkskrant 27/8/2012: “Nederland heeft maar één CPB, Duitsland vijf: is dat beter?”

(3) Globaliteit.nl: De case tegen het Centraal Planbureau door Olav Dirkmaat:

Helaas is het zo dat zowel politici als het CPB zelf een incentive hebben om gebruik te maken van deze falende en onwetenschappelijke macroeconomische modellen. Beide belangengroepen zijn er direct afhankelijk van. Er bestaat geen enkele reden voor hun om de wetenschappelijke basis van hun modellen in twijfel te trekken.

De naam Centraal Planbureau spreekt boekdelen. Het veronderstelt de mogelijkheid van centrale planning. Zijn ingewikkelde mathematische modellen zorgen ervoor dat men onder een sluier van pseudowetenschap kan opereren. Alle cijfers worden perfect op de punt geschat en geven de indruk van buitengewone beheersing. De burger geeft snel op. “Laat het maar aan de ‘experts’ over…”

 Politici zien vooralsnog in het CPB de heilige graal. Elk beleidsplan moet eerst “doorgerekend” worden door het “orakel van Den Haag”. Lijsttrekkers springen elkaar in de haren tijdens (verkiezings)debatten met pseudo-wetenschappelijke CPB-rapporten. Politici worden afgerekend op statistieken die geenzins een zekerheid zijn. Ondanks de weinig voorspellende kracht van hun voorspellingen worden de geschatte cijfers tot achter de komma afgerond.

 Zelfs onder macroeconomische theoretici kennen macroeconometrische modelontwerpers geen enkele prestige. De macroeconometrische theoretici kloppen elkaar op de borst voor hun reactie op de Lucas-kritiek. Minachtend kijken zij neer op hun collega’s van het CPB die deze kritiek liever negeerde. Als de kritiek valide is, betekent dat immers een genadeslag voor het CPB en het luchtkasteel van Nederlands’ politici.

(4) Vrij Nederland 4/4/2009: CPB-directeur Coen Teulings: ‘Wij zijn slecht in voorspellen’; cartoon komt van de web site van de SP Valkenburg.

(5) Wall foto’s Facebook VVD 3/12/2012:

Statistische bewijsvoering op basis van het CPB zoals geplaatst op de Facebook pagina van de VVD op 3 september 2012.

Read Full Post »


(*) een oud ritueel dat door alle partijen in ere gehouden wordt.

Read Full Post »

Wat is er ‘democratisch’ aan dat de kiezers niet een bepaalde regerings-coalitie kunnen kiezen, maar enkel één enkel kaart van het politieke pokerspel: de Nederlandse kabinetsformaties?

Na de verkiezingen op 12 september houden de partijen hun pas verworven kaarten tegen de borst en spelen kabinet-poker. De kiezers staat dan weer buiten spel en moeten anderhalfduizend dagen wachten om hun stem weer te kunnen laten horen.

Read Full Post »

D66 stelde zeer kortgeleden voor – via parlementslid Wouter Koolmees – om de 36 urige werkweek terug te draaien naar een 40 urige en ook Tweede Pinksterdag af te schaffen. Dit alles om de productiviteit van de Nederlander op te schroeven en zodoende ‘de algemene deelname aan het geluk’ dat in gevaar dreigt te komen door de economische crisis, veilig te stellen. Mij zweeft daarbij van alles voor de ogen, zoals ruime een eeuw aan arbeidersstrijd voor de achturige werkdag met het edele doel “acht uur werken; acht uur rusten; acht uur vrij” en de even edele gedachten die volgens de Christenen in de vorm van de heilige geest – na de opstijging van Christus – jaarlijks over de aarde uitgestort worden: “vriendelijkheid; goedheid; vreugde; vrede; geduld; liefde, vertrouwen, zachtmoedigheid.” Dat is zoveel van het goede dat daar echt wel twee dagen voor nodig zijn. Hebben die Democraten die in het jaar 1966 zijn blijven steken en zich daar nu aan proberen te ontworstelen, geen oog voor de verworvenheden van arbeidersstrijd én de gulle gaven van daar boven? Beseffen zij wel wat het betekent om dat alles in de waagschaal te stellen? Want, als we nu met een parlementaire pennenstreek de 36-urige werkweek weer terugbrengen naar een 40-urige, dan ligt het voor de hand, dat met al die crisissen die nog op de loer liggen in de toekomst, we al snel terug bij af zijn, via de 48-urige werkweek tot bij het slavenbestaan van de 66-urige werkweek. Zou dat de ultieme verborgen betekenis van die cijfers in die rare partijnaam zijn, D66?

Read Full Post »

GEDOOG TROIKA VVD-CDA-PVV WORDT NU met de splitsing van ‘het paard van pvv’ EEN VIERINSPANNING

Om 15:56 op dinsdag 20 maart 2012 was het heugelijke nieuws van ‘hero’ Brinkman zijn uittreden nog niet te vinden op de web site van de PVV, terwijl Brinkman toch dapper in de voetsporen van Geert Wilders trad, die in het jaar 2004 uit de VVD Tweede Kamer Fractie stapte en op persoonlijke titel in de kamer bleef zitten. Hier dan mijn aanpassing van de PVV Tweede Kamerploeg. Of Hero Brinkman dezelfde stoel behoudt weet ik niet, dat kan toch wel onwennig zijn om in je eentje temidden van je voormalige fractiegenoten te zitten.

om 16:50 op dinsdag 20 maart 2012 is dan toch de heer Hero Brinkman verdwenen van de Tweede Kamer Fractie PVV pagina zonder dat daarbij enige uitleg te vinden is, ook niet op de rest van de PVV website, een ongeplande ontwikkeling lijkt het wel.

Sinds de invoering van het Algemeen Kiesrecht is het 30 x voorgekomen dat namens een bepaalde partij gekozen Tweede Kamerleden zich van hun partij afsplitsten en het is echt niet alleen bij rechtse of uiterst rechtse partijen dat het partijkeurslijf te krap werd bevonden. Even turven leert dat de kampioen afsplitser de LPF – ooit bedoeld als de partij van Pim Fortuyn – was (5x) gevolgd door de AOV -ouderen partij (4x) en de Boerenpartij van Boer Koekoek uit de zestiger jaren (4x), dan volgen PvdA (2) en VVD (2x) en een heel rijtje partijen waar het maar één keer is voorgeomen: CPN, KVP, CHU, D’66, CDA, CP (Centrum Partij), RPF, PSP, SP en nu dus ook de PVV (1x), maar daar hoeft het niet bij te blijven, het zaad van verdeeldheid is gezaaid.

Het zal veel inspanning vergen om de landskar met dit nieuwe vierspan te trekken en het zijn andere kleine fracties als SGP en wellicht ook de Partij voor de Dieren die om hand- en spandiensten gevraagd zal worden. DEMOKRATIE = DE HELFT + 1 …hoe nauw de marges ook zijn – en een gegeven mandaat voor anderhalf duizend dagen is tussentijds niet herroepbaar. Zolang de Tweede Kamer niet bij machte is om middels een ‘motie van wantrouwen’ of ‘afkeuring’, gericht op één of meerdere ministers, de minster-president of het hele kabinet, met de vereiste helft+1 meerderheid aangenomen te krijgen, kan de regering – gedoogd of niet, met een ruime of krappe meerderheid, zelfs met een bewezen minderheid – gewoon blijven zitten. Zo eenvoudig zit ons staatsrecht in elkaar. Opgewonden haastige ‘standjes’ als vandaag te lezen waren van meerdere oppositie-leiders gaan voorbij aan die realiteit. Ook, zouden de huidige oppositieleiders zich de omgekeerde situatie moeten voorstellen, waarbij zij een krap meerderheids- of gedoogd minderheidskabinet bemannen en bevrouwen, zouden zij zich dan niet zelf willen beroepen op het hiervoor geschetste staatsrecht?

PVV was 24 zetels en is nu 23 zetels; Lid Hero Brinkman zijn fractie heb ik hier PVH genoemd Partij van/voor Hero Brinkman.

Een motie van wantrouwen van de oppositie zit er nauwelijks in, zelfs met een deelname van PvdA (30) + SP (15) + D66 (10) + GL (10) + PvdD (2) = 67. Neem nu eens aan dat de wat “progressievere” christen protestanten van de CU ook nog meedoen dan is dat 67 + 5 = 72. “Schluss” niks te motie van wantrouwen.

In het andere kamp zitten altijd nog VVD (31) + CDA (21) + PVV (23) = 75.

Als Hero Brinkman mee stemt is dat 75+ 1 = 76, doet hij dat niet dan zijn er nog SGP (2) die het doodsoordeel van een aangenomen motie van wantrouwen of afkeuring kan helpen afwenden.

Naar een symbool voor zijn nieuwe partij hoeft Hero Brinkman in ieder geval niet lang te zoeken hij kan de ‘blauwvoetmeeuw’ van de Wilderse PVV (*) zo inruilen voor de brutale ‘koekkoek’ …

—-

(*) zie “De meeuw als symbool van vrijheid van Albrecht Rodenbach tot Geert Wilders” in mijn blog post over Katheleen Ferrier, oktober 2010.

Read Full Post »

De toenemende protocolisering van handelingen waarvoor in het pre-digitale tijdperk enig sociaal contact nodig was, hetzelfde effect in het onderwijs waarbij gemakkelijke verwerking van toetsingen geleid hebben tot het herleiden van kennisvaststelling door middel van het aanvinken van een voorgekauwde reeks vragen (multiple choice), het formaliseren door middel van digitale formulieren van vrijwel iedere bestuurlijke bemoeienis waarbij het individuele beoordelingsvermogen van ambtenaren zo veel mogelijk uitgeschakeld wordt, maken dat in dit tijdperk – als we nog iets van inhoud vast willen houden van de idee van democratie – het inzetten van digitale middelen voor vernieuwing of verbetering van de democratie nu juist datgene is wat NIET dient te gebeuren.

Pieter Jansz Post zijn weergave van een lijfelijke vergadering op het Binnenhof in het jaar 1652.

Is het niet zo dat – gelukkig – onze vertegenwoordigende organen in openbare vergaderingen op reëel bestaande vergaderplaatsen bijeenkomen, argumenteren, debatteren en dat dan volksvertegenwoordigers enkel bij lijfelijke aanwezigheid kunnen stemmen? Duidt dit niet op de ingebouwde mogelijkheid en veiligheid om tot op het laats mede- en tegenstanders te kunnen vinden voor een bepaalde beslissing en het debat over de inhoud van zulke beslissingen in alle openheid, direct in elkaars aangezicht, te kunnen voeren?

Als dit dan onomstotelijk zo is in de huidige praktijk, dan is dat niet zozeer door het vasthouden aan een traditie, maar om bij het bedrijf van regeren dat afstand schept, toch haar menselijke basis te laten behouden. De delegatie van macht door middel van verkiezingen heeft die lijfelijke aanwezigheid voor het nemen van beslissingen  nodig om niet te verworden tot een onderneming die zou gelijken op dat wat zich afspeelt op de beursvloer bij de speculatieve handel in aandelen: ‘wie of wat scoort het hoogst in de opiniepeilingen’.

Deze tijd behoeft een ‘fysieke democratie’, geen digitale.

De vorm van die vertegenwoordiging, de wijze van zich verkiesbaar stellen en verkozen worden en de mogelijkheid om een gegeven mandaat door een kiezer ook te kunnen weerroepen als er anders gehandeld wordt als dat eerst beloofd werd, dat alles en meer zou overwogen moeten worden, maar ‘digitale fora’ democratie à la Maurice de Hond vormen eerder een bedreiging dan een verbetering van wat wij nu aan democratische praktijk hebben.

Read Full Post »

Het Volksgericht van Maurice de Hond is weer actief: “Een meerderheid van de Nederlanders (72 procent) vindt dat de hoofdverdachte in de grote Amsterdamse zedenzaak, de 27-jarige Robert M., een levenslange gevangenisstraf zou moeten krijgen. Dat blijkt uit een zondag gepubliceerde peiling van Maurice de Hond” schrijft het Parool.

Wie pakt deze hijgerige digitale turfer van het ‘gezonde volksgevoel’ zijn digitale potlood af? Wie roept de stokerige journalisten die Maurice de Hond gretig blijven publiceren tot de orde? Het is volgens De Hond en zijn pers-uitlaatkleppers, alsof wij geen onafhankelijke wetgevende instanties in dit land hebben, die strafbare feiten eerst onderzoeken, dan het ten laste gelegde proberen te bewijzen, dit ter zitting brengen en daarna pas beoordelen en uiteindelijk – als de onomstotelijk bewijs gevonden wordt  – tot veroordeling overgaan, met afweging van al het gene dat aan omstandigheden naar voren is gebracht.

*

De gangbare rechtsgang wordt ter zijde geworpen door bovengenoemde opiniepeilers en massabespelers. Voor hen zijn enkele eenvoudige vragen voldoende om tot een oordeel te komen. Dit is even verwonderlijk als verwerpelijk , daar het enkele jaren terug dezelfde Maurice de Hond was die een gerechtelijke uitspraak in twijfel trok en gedurende zeer lange tijd in twijfel bleef trekken. Dat laatste is een ieders burgerrecht, zo ook dat van Maurice de Hond, maar als het gerechtelijk apparaat dan al kan dwalen, waarom dan steeds maar weer dit digitale volksgericht met zijn overgesimplificeerde vraagstelling inzetten? Met het enkel mobiliseren van kwaadheid en angst uitgedrukt in een dubieus percentage eindigen we in een rechterlijk verdwalen… Gaat het de Hond en de media die zijn berichten klakkeloos overnemen, wellicht om een voorzet voor de eis van de Officier van Justitie, die tegenwoordig de onrust in de samenleving mag laten meewegen bij het bepalen van de geëiste strafmaat?

Eergisteren was het de vraag of een PVVer met een strafblaadje al dan niet moest opstappen uit de Tweede Kamer. Gisteren wat te doen met een van pedofiele handelingen verdachte persoon. Hunkert De Hond naar het einde van de rechtstaat? Droomt hij van een directe digitale democratie waarbij computer fora via multiple choice vragen het land alsook het recht bestieren? (**)

De gedachte ‘meetbaarheid van de samenleving’ houdt ook een verwachte stuurbaarheid van de bevolking in. De grensovergangen tussen ‘opiniepeiling’, ‘opinievorming’ en ‘opiniesturing’ zijn onzichtbaar. Het is betreurenswaardig dat wij door de media door dit soort gemakkelijke en letterlijke en figuurlijk ‘goedkope berichten’ overspoeld worden. Een meer moed vereisende analyse en debat over wat nu crimineel en straffen is, of waarom de organisatie van opvoeding en onderwijs onvoldoende blijkt te zijn om seksueel misbruik  te verminderen, zou beter zijn geweest. Waarom niet eerst de  vraag stellen of er – statistisch gesproken – nu echt sprake is van een toename van het zich vergrijpen aan kinderen? Dat zijn cijfers die meer bijdragen aan een publiek debat over misbruik van kinderen, dan haastig vergaarde digitale meningen. De dames en heren journalisten zouden – door middel van journalistiek speurwerk – zulk soort informatie boven tafel moeten zien te krijgen, in plaats van weer een persbericht van het Digitale Tribunaal van Maurice de Hond letterlijk en zonder commentaar ‘prominent’ over te nemen.

——

(*) Een ‘détournement’ van een spotprent van Bas Köhler die – in oorspronkelijke vorm – gericht was op de PVV als guillotine en de rode roos – het symbool van de PvdA – als geëxecuteerde; prent gevonden middels het zoekwoord ‘volksgericht’.

(**) Maurice de Hond schrijft op zijn web site: “Mijn stelling is dat het Nederlandse bestuurssysteem niet meer aansluit op de eisen die de huidige samenleving stelt. Veel van wat er in Nederland de afgelopen jaren is gebeurd, zie ik als kenmerken van het naderend einde van het Democratisch systeem dat Thorbecke in 1848 heeft geschapen. Of dat goedschiks of kwaadschiks zal gebeuren hangt af van een aantal externe factoren. Maar ik verwacht dat dit proces zich in de komende tien jaar zal gaan voltrekken.”

In een via zijn site toegevoegd document in PDF formaat (Schets burgerdemocratie) wordt dat nader gepreciseerd en zoals Maurice het ziet is het zoiets als keuzes maken via je pinpas voor de bank:

“Iedere kiesgerechtigde Nederlander krijgt een kiesnummer en een eerste “pincode”. Om te mogen stemmen zijn ze verplicht één keer in hun leven hun kiesnummer activeren. Verwacht mag worden dat tussen de 80 en 85% van de Nederlanders deze activering vroeger of later tot stand zal brengen.”

Ik ga hier niet de details van het over-simpele plan van De Hond herhalen, beter is het in zijn eigen woorden te lezen. Wel moet mij van het hart, dat het met name de huidige praktijk van De Hond zelve is die mij het ergste doet vrezen als ik zijn meer simpele en dynamischer systeem van volksvertegenwoordiging lees. Volksreferenda – die in de gedachtegang van De Hond gemakkelijker en vaker kunnen plaats vinden – zijn vaak uitvergrote opiniepeilingen, waarbij het aan de orde zijnde voorstel meestal geprofileerd wordt als ‘conflictpunt’ inclusief de daarbij behorende versimpeling en verharding van standpunten. De tot volksgericht wordende opiniepeiling, die ik vandaag weer signaleer, wijst daarmee ook naar een mogelijke ‘Volksdemocratie’ (het woord is eigenlijk dubbel op) die dusdanige gevaren in zich bergt dat al de rompslomp en vertraging van het huidige systeem, betere democratische garanties geeft dan het directe, meer impulsieve digitaal gestuurde model van De Hond.

Interessant is het tot slot te melden dat Spinoza-kenner en vertaler Wim Klever (1930-) in een eveneens in eigen beheer uitgegeven publicatie met de lange titel “Met oude Grieken, van Den Enden en Spinoza naar echte Directe Democratie” (Uitgeverij Vrijstad, 2007) met weer andere ideeën komt voor wat hij een “Virtuele volksvergadering door middel van informatie- en communicatietechnologie” noemt (p.1258 e.v.). Klever komt met nogal wat ouderwets aandoende beperkingen van wie aan die wel of niet aan die virtuele volksvergadering mag meedoen. Nu de vergelijking tussen deze twee visies en andere digitaal gestuurde democratie modellen  te maken gaat deze reactie op een actualiteit ver te buiten. Daar is meer studietijd voor nodig.

 

tj.

Read Full Post »

A neo-McCarthyism is flooding the Low Countries these days with the islamophobe law & order PVV party of Wilders being hunted down by almost the whole spectre of “respectable” Dutch news media. Five of the 24 PVV members of parliament appear to have some sort of criminal record, though most of these for minor violations. The hunters of the PVV, chasing what they see as persons and behaviours that threaten their image of what the Netherlands should be, have now become prey themselves. The media that have served Wilders and the PVV and helped them to rise to power,  have now turned against them. Party chief Wilders started today to send around one of his famous Twitter comments to newspapers complaining about what he feels as an orchestrated persecution.

It makes me feel queasy. The burrowing of the media into the past of PVV members, starts to look like an ordinary witch hunt. So, we will not any more assist this.

When one reads and sees the sensational front page articles and prime time television programs these last days, the implicit conclusion is that members of parliament should have have had no intercourse with real life in their past. Parliamentarians should be as innocent as lambs. Like in the shivering years of the early Cold War every member of parliament is checked and each side step in a career of any politician is dug up from the deep and smelly waste heap of history. A few days ago, one of the commercial television companies RTL formally asked all the parties in the Dutch parliament which of their members in the Second Chamber (Tweede kamer) had a criminal record. Of the 150 members 149 answered this question, one member refused at first, but later gave in when confronted with some driving with too much alcohol incident, a decade or so ago. This call to confess by RTL Television News, may have its origin in complaints about their alleged bias toward Wilders and  the PVV. The outcome has been 7 members of parliament with a formal criminal record of which – as said before – 5 belong to the parliament fraction of the PVV.


In the year 2008 the other side of the political spectre has been attacked by the same media that always propose themselves as the legitimatized representative of the abstraction called ‘public opinion’, as the watch dogs  that protect the needed ‘credibility’ of ‘representatives of the people’. A politician of the Green Left Party, Wijnand Duyvendak, felt compelled to give up his seat in parliament because of his – previous known – involvement in radical direct actions against nuclear energy a few decades before. A tactical chosen moment of amplification in the media of this dated public knowledge, was sufficient to make him fall. All this media hunting is done with the implicit intention of supporting ‘democracy’ by cleansing the house of representatives of anybody having whatever ‘criminal record’. The assumption of these ‘righteous press campaigns’ is that elected representatives should have no criminal or any other kind of controversial past. The house of parliament appears – in this vision – to be some kind of church solely populated by purified and canonized saints.

This premise, is more undermining than supporting a system of elected representatives. Society has more to offer than innocent lambs and national crime statistics show this clearly. Sanctions (sancties) and sentences (veroordelingen) range in the hundreds of thousands. There is positive potential in the experience of “unclean” members of parliament. First of all the definition of ‘crime’ is a shifting notion, like squatting becoming a criminal act in the Netherlands only recently and, maybe soon, softdrug blowing becoming a punishable offence, whereas these activities were tolerated before. Ex-criminals and ex-offenders in parliament may help to tone down hard liners with neither social understanding nor human empathy. Acceptance of deviancy in some one’s career – also in the political party domain – must first be established. The prevailing witch hunt mentality we see now has the opposite effect. Politicians try to cover up and hide their past and tend even to pursue more extreme repressive policy measures (if only to hide their own past or inclination).

click picture for link to the Statistical Bureau web page with details on criminality in the Netherlands

The notion of what ‘crime’ can be, has so many shadings of colour as can be found in a rainbow: from almost legal white collar crime committed by those who mostly manage to stay out of prison, to the ‘blue collar criminals‘ that are picked up from the streets and make up the main population of our state prisons. When any citizen has committed a crime and when it comes to a conviction and a subsequent punishment, the social rule can only be, that a specific case of law-breaking has been settled,  that the ‘criminal’ has become an ‘ex-criminal’, who should be helped to reintegrate in society. Such basic humane understanding of social relations have disappeared from  the media scope and has been replaced with the practice of eager journalists acting like 21st century inquisitional witch hunters.

Meeting of Witch Hunt and Scapegoating

Wilders and his “Party of Freedom” (PVV) – known for their scapegoating of Muslims and other ‘Non-Western-Allochtones’ – are now targets themselves. Sudden changes of  the direction in which the cleansing wind of media attention blows, may occur. The ‘line of legality’ is  never straight, bending this or another way constantly as power relations in society change. Side stepping from what is supposed to be ‘the correct path’ may happen to anyone. There is an established juridical system to judge both the perpetrators and the laws they  may have ignored. Additional levels of punishment should be avoided. A democracy can not allow eternal damnation of one of its citizens because of a ‘faux pas‘. Even in the case of a felony, once a person has been convicted and has ‘done time’, a case should be closed. Disqualification from active voting and passive voting (being a candidate for parliament) can be imposed by a court decision, but the cases in which this is possible are very much restricted. The right to vote and to be elected are constitutional rights. Criminal acts against the head of state or the overthrow of a government are specifically mentioned as a basis for exclusion from voting. There are hardly any cases of disqualification from voting and election in the last decades in the Netherlands.

I see the judgemental journalism about members of parliament as a kind of orchestrated ‘mob-justice’, presenting a bigger danger to society than the persons pursued by it. Over the years I  have come to the understanding that ‘the enemies of my enemies are not necessarily my friends’. I will rejoice in the demise of Wilders and his PVV, but  I would prefer that this happens on the basis of a more generalized  understanding of the faulty ways of their xenophobic arguing. The PVV is at all time ready to take up their role of lower and middle  class underdogs. Victimhood always have been an effective political weapon.

The former Prince of the Netherlands, husband of the deceased Queen Juliana, had a long history of trespassing over the line of the law, from causing car accidents to accepting smear money  for weapon deals and being involved in conspiracy against an other state, to only mention a few of his deviating deeds. All this has been accommodated over decades in such a way that the Prince did not have to face any public court. It is a grotesque example of the double standards of  the law abiding officialdom in the Netherlands who – on the other hand – may unscrupulous prosecute someone with less royal credentials.

Structurally speaking, the whole cleansing operation fury does function as a media smoke screen for the draconic economic measures under way of this peculiar minority government coalition of VVD liberals (31 seats) and  CDA christians (21 seats), with the extra-govermental PVV of Wilders conditionally supporting the government – in hostage – with his voting machine of 24 seats, “criminal” or not, a total amount of 76 seats creates what is called a ‘democratic majority’ (half of the 150 seats +1) .

However dislikable Wilders and his PVV movement is, their involvement in ‘white collar’ and ‘fountain pen’ crime is – as to this moment – neglectable in comparison with the older more embedded parties with their long histories in the governance of the country (be they on the right, left or in the middle of the political spectre). Some gigantic forms of stealing like the channelling away of 25 milliard Euro in the nineties from the reserves of the major Dutch Pension Fund for the civil workers, ABP, as will be disclosed coming saturday in a television program by a former investment director of that fund – Jean Frijns –  will most probably not even rank as an ‘economic crime’, it will – almost certain – be classified as ‘a governmental budget policy measure’  of that period.

Critical self-reflection of Dutch media on their role in the recent blaming campaigns is rare, and when it occurs it is only launched as a side show, like an editorial comment on the Wilders Witch Hunt by the national News Hour television program (Nieuwsuur), not in their broadcast, but in writing, somewhere hidden on their web blog…

Chief editorial comment: criminal record should not necessarily break up a member of parliament

Read Full Post »

De reinheid van onze volksvertegenwoordiging is onlangs dankzij het  zuiverend optreden van RTL Nieuws weer voor lange tijd verzekerd. De zondaars hebben nu allen opgebiecht wat zij aan het alziend oog van het televisie medium onthouden hadden en zo kan, middels de publieke biecht en het maken van tekenen van deemoedigheid, het blazoen van de Tweede Kamer der Staten Generaal van het Koninkrijk der Nederlanden weer in alle heerlijkheid schitteren en heel de natie tot lichtend voorbeeld zijn. Nu kunnen die kamerleden, die onder hun angstvallige geheim gebukt gingen, middels de absolutie van de publieke biecht weer “met onbeklemde borst” van zich laten horen…

Daar zien wij: de drie struisvogelveren symbool van voorzienigheid; de drie acht puntige sterren die de vastberaden balans van de regeringspartijen tot uitdrukking brengen; het brandend hart voor het Vaderland; en de blanke bloemen van vreemde smetten vrij. Ach de dichter van onze versmade nationale hymne Hendrik Tollens wist dit alles al in 1815 in het eerste couplet van zijn prachtig lied zeker te treffen…

Wien Neerlandsch bloed in de aders vloeit,
Van vreemde smetten vrij,
Wiens hart voor land en koning gloeit,
Verheff’ den zang als wij:
Hij stell’ met ons, vereend van zin,
Met onbeklemde borst,
Het godgevallig feestlied in
Voor vaderland en vorst.

Read Full Post »

"Aan de Wilde Kust" Stedman 1777 herzien in het jaar 2010 (1) Zoek de 7 verschillen... Klik zoekplaat voor grotere versie.

Kortgeleden dook een tot nog toe onbekende hernieuwde editie van het beroemde 18e eeuwse werk van John Gabriel Stedman‘s “Reize naar Suriname” (2) op met enkele uitzonderlijke  met de hand ingekleurde prenten die op treffende wijze ‘de constante’ en ‘de verandering’ van de geschiedenis illustreren. In dit buitengewoon groot formaat foliant werd ook een ingestoken briefje gevonden met in houterig handschrift een gezelschapsspel vraag: “Men zoeke de zeven verschillen tuschen dezen twee platen.” Nu het is aan de trotse bezitter van dit boekwerk om dit spel door zijn gasten te laten spelen. Wat het woord “gedoogvrouw” moge betekenen hebben wij tot op heden niet kunnen achterhalen, zo konden verscheidene kunsthistorici en biologen ook geen antwoord geven op de vraag wat voor een soort vogel op de rechter plaat te zien is. Een Belgisch historicus die bij toeval ook met deze laatste vraag geconfronteerd werd, zei te vermoeden dat het om de Blauwvoet meeuw ging en wist zelfs enkele strofes uit een Vlaams strijdbaar studentenlied – aan dit dier opgedragen – te citeren:

Ja wij zijn der Vlamen zonen,
sterk van lijve, sterk van ziel,
en wij zou’n nog kunnen tonen,
hoe de klauw der Klauwaars viel.

Op ons vane vliegt de Blauwvoet,
die voorspelt het zeegedruis,
en de Leeuw er met zijn klauw hoedt
mijn lieve dierbaar kruis.

Weg de bastaards, weg de lauwaards.
ons behoort het noordzeestrand,
ons de kerels, ons de Klauwaars,
leve God en Vlaanderland! (3)

Hoe dit alles te rijmen en waarvandaan nu het verband komt met Suriname – dat toch een wereldzee ver van de “blonde noordse stranden” verwijder is, is nu moeilijk meer te achterhalen… zeker is dat afbeeldingen in hun eigen tijd gezien en begrepen dienen te worden, dat zal iedere gestudeerde iconograaf beamen.

——————-
(1) Prent oorspronkelijk op verzoek gemaakt voor ‘Oerdigitaalvrouwenblad‘ een uitgave onder redactie van Henna Goudzand Nahar, een feministisch getint digitaal blad dat een sterke band heeft met Suriname. De vraag was of ik een prent wilde maken die ging over de positie van vrouwen in de huidige politiek, waarbij bij mij direct de persoon en de recentelijk ingenomen positie van CDA politica Ferrier voor ogen kwam. Ferrier, dochter van de eerste president (1975-1980) van Suriname Johan Ferrier (1910-2010). Zij maakte het – na aanvankelijke oppositie, mogelijk om de vereiste de helft +1 meerderheid in het parlement voor de nieuwe regering Wilders/Rutte te verkrijgen. Van dissidente oppositievrouw werd zij tot gedoogvrouw. “De Wilde Kust” verwijst naar de oude benaming van de drie Zuid Amerikaanse Guianas, gelegen aan de kust gaande van  de Orinoco in het huidige Venezuela tot de Amazone-rivier in Brazilië, waarbinnen ook  het huidige Suriname lag. “Avonturen aan de wilde kust” is ook de titel van de historische vertellingen van Albert Helman over ditzelfde gebied, gepubliceerd in 1982.
Deze Stedman historische zoekplaat is ook gepost op het mooie ‘letteren’ blog ‘Caraibisch uitzicht’.

(2) De gebruikte editie van de plaat uit het boek van Stedman is een met de hand ingekleurde (latere 1818) Italiaanse editie in het bezit van de Universiteits Bibliotheek Amsterdam.
Auteur/Vervaardiger: Stedman, John Gabriel (1744-1797) & Lescallier, Daniel (1743-1822)
Uitgever Te Amsterdam : by Johannes Allart
Jaar: 1799-1800
Uitgever/Drukker Amsterdam Allart, Johannes (1773-1812) 077133641
Collatie: 4 dl ill., portr., krt in-8
Annotatie: Met 42 platen en krt. deels uitsl., gen. I-XLII
Vert. van: Narrative of a five years’ expedition, against the revolted negroes of Surinam, in Guiana, on the wild coast of South America, from the year 1772 to 1777 …. – London : J. Johnson & J. Edwards, 1796
Inhoud: Bevat ook twee aanhangsels over Suriname en Cayenne, door Daniel Lescallier, ontleend aan de Franse vertaling.- Paris/Lausanne, 1799
Referentie : Tiele (Bibl.) 1046

(3) De Blauwvoet is het bekende strijdlied van de katholieke Vlaamse studentenbeweging. Het wordt ook Het lied der Blauwvoeten of tegenwoordig het lied der Vlaamse zonen genoemd, naar de eerste regel van het lied. Het was oorspronkelijk het strijdlied van de 19e eeuwse studentenbeweging Blauwvoeterij. Het lied werd door Albrecht Rodenbach gedicht op 25 september 1875. De muziek werd gecomponeerd door Emiel Hullebroeck. Er bestaat ook een minder bekende toonzetting van Johan Destoop. Het lied past in de strijdlyriek van de 19de-eeuwse Romantiek, maar komt ook terug in de latere Vlaamse nationalistische beweging, zoals die zich bijvoorbeeld nog doorzet in de IJzerbedevaart.
De volledige (moderne) tekst variant staat op: http://nl.wikisource.org/wiki/De_Blauwvoet

De meeuw als symbool van vrijheid van Albrecht Rodenbach tot Geert Wilders… klik plaat voor grotere versie.

Het Historisch Nieuwsblad publiceerde eerder (2009? niet na te gaan omdat deze historici vergeten zijn om hun artikelen op hun web site te dateren!) een nogal oppervlakkig stukje over de frappante gelijkenis tussen de meeuw van de Partij voor de Vrijheid PVV en de meeuw zoals gebruikt als symbool door de NSB op een affiche in 1941 “Wat wilt u vrijheid of knechtschap.” Een dier als ‘totem’ is natuurlijk een zeer algemeen voorkomend fenomeen, dus ook bij politieke partijen, van ezels en olifanten tot beren en leeuwen. De zeemeeuw wordt evenzeer als typisch Nederlands in Nederland, als typisch Japans in Japan ervaren…dat heb je met zeevogels en kusten. Voor ons aardgebonden tweevoeters is de door het zerk flitsende meeuw die tegen een donkerende lucht en daar doorheen schietende zonnestralen het licht op zijn witte bast weerkaatst, een mooi symbool van ‘de idee van vrijheid’. Dit is op talloze wijzen in beeld en schriftcultuur terug te vinden. Of dieren er enige ideologie op na houden die vergelijkbaar zou zijn met onze ‘ismen’ valt te betwijfelen. Dierenfabels zijn mensenproducten.  De kop van het artikel in dit door historici gemaakte digitale blad, “Wilders gebruikt ‘besmet’ logo”, dekt de al te beperkte lading van het artikel goed. De historici laten immers na, de gebruikte meeuw-symboliek verdergaand cultuurhistorisch te duiden. De door mij genoemde associatie met de Belgische ‘Blauwvoeten’ beweging, die eveneens de meeuw als symbool gebruikte, bedoeld dan ook niet die Vlaams nationalistische beweging simpelweg als ‘rechts’ of ‘fascistisch’ weg te zetten en daarmee de PVV partij van Wilders te defameren. Het vereenvoudigen van historische overeenkomsten is een specialiteit van Geert Wilders. Het kan niet zo zijn dat de opvattingen van Wilders met een zelfde methode bestreden kunnen worden. Mij fascineren eerder de gelijkenissen in de ideaalbeelden van deze twee politieke bewegingen. Dat wordt dus het onderwerp van een nieuwe studie.

Read Full Post »

… over het te vormen nieuwe kabinet…. 5000 CDAers namens 16 miljoen Nederlanders.

Van de 16 miljoen Nederlanders hebben er  9.416.001 gestemd en het nu voorliggende concept-regeerakkoord tussen VVD en CDA met gedoogsteun van de PVV is gebaseerd op een totaal van 4.665.954 geldige stemmen. De andere partijen kregen bij elkaar 4.750.047 stemmen.

Het CDA kreeg 1.281.886 stemmen, waarvan de meesten geen lid zijn van de partij. Volgens het Documentatie Centrum Nederlandse Politieke Partijen in Groningen had het CDA in het jaar 2010 een aantal leden van 67.592. Op het CDA Congres in de Rijnhal in Arnhem over de al dan niet te vormen nieuwe regeringscoalitie zijn volgens de dagbladen van vandaag 5.000 (stemgerechtigde) leden aanwezig.

De dwaze situatie – die inherent is aan de rekensommetjes waarop onze parlementaire democratie gebaseerd is – maakt nu dat vijf duizend mensen vanmiddag aan het bepalen zijn wat in de komende vier jaar het regeerbeleid zal worden. Enkel deze vijf duizend mensen kunnen zich uitspreken over wat er in en tussen de regels van dit Concept Regeerakkoord geschreven staat.

De rest mag ademloos toekijken en tegelijkertijd de mond houden, hetgeen – fysiek gesproken – niet gemakkelijk is.

Het CDA was nu net die partij die bij de afgelopen verkiezingen een grote verliezer was met een zetelverlies van maar liefst 20 zetels, zij gingen van 41 in het jaar 2002 naar 20 zetels bij de laatste verkiezingen in 2010.

In de Rijnhal te Arnhem wordt/is vandaag  het toneelstuk opgevoerd:

DE VERLIEZER MAG BESLISSEN

en zo gebeurde het dat de verliezers van dit debat 1600 in getal het aflegden tegen 3400 voorstemmers (ik heb de in de kranten gegeven percentages 68% voor, 32% tegen omgerekend naar aantallen stemmers).  Zijn degene die niet behoren tot de aanwezigen in de Rijnhal te Arnhem  op zaterdagmiddag 2 oktober 2010  nu goed vertegenwoordigd door die 3600 CDA-conres voorstemmers? Was er enig mandaat van al die miljoenen die niet bij de stemming aanwezig waren, c.q. aanwezig mochten zijn? Het antwoord moet ontkennend zijn. In veel van de minuut-speeches die er via de directe NOS verbinding met het congres door ons buitenstaanders te horen waren, werd een grote tevredenheid geuit over het ‘democratische’ karakter en gehalte van dit ‘historisch’ geachte  CDA congres. Alle deelnemers aan deze voorstelling waren zo verblind door de competitie van standpunten dat geen van hen – laat mij weten als iets mij hier ontgaan is – een woordje over had voor al diegenen die geen stem in dit kapittel hadden, terwijl dat wat besproken werd hen toch evenzeer emotioneert en raakt. Zij zagen die miljoenen niet- stemgerechtigde CDA-leden die bij toeval buiten het debat gehouden worden in het geheel niet staan. Het is dan ook niet verwonderlijk dat coalitietrekker Maxim Verhagen na het behalen van wat zonder meer ‘zijn overwinning’ genoemd kan worden, het congres durfde te kenschetste als “een feest voor de democratie.” Zo is het vaak bij feestjes, die zijn even leuk voor degenen die mee mogen doen als sneu voor de anderen die dit geluk niet mogen smaken. Laten we maar aannemen dat Verhagen duidde op de ‘CDA partij democratie” en niet de ‘Nederlandse democratie in het algemeen’ bedoelde. Dat zou opperst cynisme geweest zijn. (*)

Terugkijkend naar dit ‘schouwtoneel der democratie’ zal later wel blijken dat er weinig winnaars en vele verliezers zijn, maar dat mag een ieder zich zelf in de eerste plaats verwijten omdat regeringen meer het product zijn van een samenleving dan andersom.


Link met live verslag van het CDA Congres… waarop nu om 16:58 uur te lezen valt:

16.56 uur

De resolutie is verworpen. Dat betekent dat een meerderheid vóór het regeerakkoord is.

16.54 uur

Wegens onduidelijkheden wordt de resolutie opnieuw in stelling gebracht.

16.51 uur

De meest vergaande motie is in stelling gebracht. CDA-leden moeten stemmen of ze voor of tegen samenwerking zijn met de PVV. Bij het hand opsteken waren de verschillen niet duidelijk genoeg, dus de ‘stembiljetten’ worden opgehaald en met de hand geteld.

16.40 uur

De vergadering is voor vijf minuten geschorst. Over vijf minuten zal gestemd worden. Alle stemmen zullen stuk voor stuk worden geteld.

=============
(*) Op de Opiniepagina van Trouw staat maandagmorgen na het congres een artikel van Jouke Douwe de Vries en Johannes Goossen, fractievoorzitters CDA Dongeradeel resp. CDA Duiven; initiatiefnemers Nieuw Collectief, een christelijk-sociale beweging binnen het CDA:
“Toen zaterdag duidelijk werd dat een meerderheid van de CDA-leden voor samenwerking met de PVV was, verscheen Maxime Verhagen als grote winnaar op het podium. En dat terwijl hij net een derde van zijn leden voor zich verloren had. Hij noemde het zelfs ’een feest’. Hoe misplaatst kan een reactie zijn? Zijn triomfantelijke overwinningstoespraak maakte pijnlijk duidelijk dat hij geen besef heeft van de totale ontreddering waarin hij de partij achterlaat. “

Read Full Post »

Ab geef ons een kans / Rechts kabinet op sterven na dood

1 september 2010: keurige dagbladen gedragen zich als buitenparlementaire actievoerders klik plaat voor groter formaat

CDA COALITIE DOOD of LEVEND? Als je de koppen in dagblad Trouw van de afgelopen dagen leest dan kan je niet anders geloven dan dat de formatiepoging VVD+CDA+PVV mislukt is: “Rechts kabinet op sterven na dood.”

Lees je daarentegen De Telegraaf dan zit er nog wel toekomstmuziek in een Rechts+ coalitie: “Ab geef ons een kans!”. Zo zeer het er Trouw en De Volkskrant (“Formatie rechts kabinet aan zijden draad”) aan gelegen lijkt te zijn dat de coalitie strandt, zo zeer is het omgekeerde het geval bij de Telegraaf. Deze krant doet er alles aan om de de Rechts+ regering aan het bewind te krijgen, alsook… Maxime Verhagen uit de wind te houden.

Zo is de de democratische kiezerswil, de democratie,  waar iedere partijleider in het aangezicht van de media naar zwaait, nu bijna omgewaaid. Geen van de verkozen stammen is sterk genoeg om op zichzelf rechtop te staan, laat staan een storm te trotseren. Welke stammen door wie uitverkoren gaan worden om samengebundeld te worden tot iets dat als overheid overeind blijft en wortel kan schieten in de samenleving blijft ongewis. De kiezer komt er al lang niet meer aan te pas. Parlementaire fracties en  en partijbonzen hebben het bind- , splijt- en stutwerk overgenomen. Zij staan klaar met zwachtel, bijl of stut. Vooral het splijten is gevaarlijk werk, als je niet goed op past hak je zo in eigen voet.


Wekenlang binnenkamers boomdokter-beraad, blad voor blad, tak voor tak, heeft de natie dusdanig buitengesloten, dat zelfs politiek geharde personen hun bemoeizucht of morele twijfel niet meer weten te onderdrukken. Keurige dagbladen gedragen zich als buitenparlementaire actievoerders en steunen – naar  gelang de windroos van hun kompas – de zich nu dagelijks aanbiedende zwachtelaars, hakkers en stutters. Oude bomen zijn te bros, nieuwe loten te buigzaam, om het gewicht van staat te dragen. Scheefgroei naar links of rechts maakt wankel. De hele middenmoot wordt te groot. Is er wel genoeg om te binden en te stutten? Sinds het omwaaien van de boom van Anne in een achtertuin weten we dat ook een professioneel gestutte boom toch nog door een te vroeg najaarswindje geveld kan worden. Wat te denken van de boom in de voortuin van de natie?

Welk geaccordeerd inwikkelen van de nu voor handen zijnde stammetjes dan ook (iedereen heeft minder dan een kwart van de totale omvang van de ‘stam van staat’ door de laatste verkiezingen verkregen), geen van de mogelijke combinaties lijkt weerbarstig genoeg om de elementen te weerstaan. Moet er wellicht eerst gespleten, gestekt, geënt en geoculeerd worden voordat de tijd van een nieuwe stammenstrijd aangebroken is? Nieuwe verkiezingen! Een nieuw systeem van partijen, die van te voren al aangeven hoe zij zich naderhand zullen gaan bundelen. Dan pas is het aan de kiezers om te bepalen welke loten zij aan welke stam willen binden. Dan valt er echt wat te kiezen. Dan pas staat de democratie weer als een boom.

Read Full Post »

Compromise happens to be the most radical act in politics, allowing for the sharing of power, accepting differences to such an extant that it even changes your own opinion. In Dutch politics there always have been more horses wanting to draw the carriage of state than directions to go to, so compromises of what direction to take need to be made. Today after weeks of negotiations the attempt to form a Liberal + Middle + Left + Green ‘carriage-and-four’ combination failed. We are back to two options that have been considered over a month or so back in time, with two possible ‘troikas’ (horse teams) with Left + Middle + Liberal or  a set of horses with Liberal + Middle + Right horses. The power distribution of all this pulling power is such that the two combinations on view – once again – will have the same pulling forward power as the pulling backward power of the possible opposition coalitions in parliament. So the outcome may well be no movement at all. Backing the wrong coalition of horses may end up with putting the cart before the horse.

What we see is the unwise consequences of parliamentary democracy, where parties did not make it clear before elections with which other horses they would like to pull the carriage. “It is to the voters to speak” that is what most party leaders said before elections. This speculative and unclear tactics whereby parties try to keep the mandate they receive from their voters to themselves and settle a government coalition in non-transparent outmoded secret back-room negotiations, have now shown its undemocratic face and utter failure.

The Netherlands need a fundamental change whereby the dynamic favour shifts of the electorate can find a real democratic expression in a series of binding combinations, that have been communicated clearly before elections. With the institution of a direct involvement of a constitutional head of state – in the form of a hereditary queen or king – in the forming of government coalitions, the Netherlands remain one of the most backward nations in Europe when it comes to direct forms of democracy. This in spite of all the self-glorification of the Dutch as a freedom loving and superior democratic nation. That is nothing more than double-dutch fantasy… or better a dutch-lie.

CDA=Christian Democrats/Middle; D66=Democrats 66/Middle-Liberals; GL=Green Left; PvdA=Social Democrats/Traditional Left; PVV=Party For Freedom/Right Wing; VVD=Liberals/Middle-Right

Read Full Post »

Amsterdamse raad ‘in geheim’ bijeen” (over de nieuw te benoemen burgermeester) lees ik net in Het Parool, zo gaat dat bij ons in democratisch Nederland en terecht! Een regent die kun je niet kiezen… zulk een benoeming gaat alleen maar als het binnenskamers ‘bekokstoofd’ wordt. Onze democratisch verkozen vertegenwoordigers komen vanavond in het geheim bij elkaar en volvoeren dan een ceremonieel dat niet zou misstaan in de congregatie van geheimzinnig doende  organisaties als de Vrijmetselaars. Coöptatie democratie dus, de kiezer stemt alleen in een stemhokje en de verkozenen gaan vervolgens binnenskamers, om belangrijke beslissingen gaar te stomen voor het daarop volgend ceremonieel van het ‘publieke debat’. Er is een term voor dit bijkans universele verschijnsel: ‘publieke samenzwering’. Wij zijn er aan gewend, wij weten niet beter, wij accepteren bij voorbaat dat het er zo aan toegaat. Onze volksvertegenwoordigers zweren – door ons gemandateerd – samen. Zo is nu eenmaal ‘het politiek bedrijf’. In het geval van een “door de kroon benoemde” burgermeester is er inmiddels een ‘vertrouwensspel’ in zwang gekomen, dat heel ‘publiek’ in het dagblad Het Parool beschreven staat (*). De burgers van deze stad komen er niet aan te pas, hoe kan het ook anders? Welk kind kiest zijn of haar eigen vader of moeder? Wij stadsburgers zijn immers niet anders dan onmondige kinderen?

Gisteren kwam ik bij een onderzoek bij het IISG, teruggravend tot in de zestiger jaren, een pamfletje tegen over hetzelfde Amsterdam in andere tijden waar het ging over het ontberen van ‘demonstratievrijheid’ en op datzelfde pamfletje stond ook de eis voor een “gekozen burgermeester”. Dat was in de tijd dat iedereen nog onverbloemd wist te spreken over ‘regentenmentaliteit’, waar vandaag een waas van overmatige communicatie ons vrijwel blind heeft gemaakt voor de grote mate van continuïteit van het systeem van macht.


De keerzijde van dit pamflet met de ondertekenaars, is interessant, omdat een deel van de genoemde socialistisch georiënteerde organisaties (ANJV, OPSJ gelieerd aan de Communistische Partij; FJG aan de PvdA) waarvan meerdere leden later tot in hoge regionen van diverse politieke partijen gestegen zijn, het in bijna een halve eeuw toch niet voor elkaar hebben kunnen krijgen om dat van de “gekozen burgermeester” ook echt voor elkaar te boksen.


Ik heb hier nog een schets voor een verkiezingsaffiche liggen die laat zien hoe het er in de Regentenstaat der Nederlanden aan toe gaat, een ontwerp dat  jammer genoeg altijd actueel blijft…

=====
(*) Dit is de beschrijving van ‘democratie ten voete uit’ in het Parool van 23 juni 2010 11:23 uur

“AMSTERDAM – Amsterdamse gemeenteraadsleden hebben per sms een oproep gekregen om woensdagavond naar de Stopera te komen. Het moest geheim blijven, maar daar vindt om half acht een raadsvergadering plaats. Enig agendapunt: de voordracht van een nieuwe burgemeester.

Bij aanvang van de vergadering krijgen de raadsleden de voordracht onder ogen van de ‘vertrouwenscommissie’, waarin alle fracties met één lid zijn vertegenwoordigd.

Tot nog toe bekende kandidaten zijn Eberhardt van der Laan, Roger van Boxtel en Annemarie Jorritsma. De voordracht bevat in principe twee namen, waarbij als het aan de commissie ligt de nummer één Job Cohen opvolgt. Vervolgens volgt een schorsing van onbepaalde tijd, waarin de fracties apart vergaderen over de voordracht: steunen ze die of proberen ze de nummer twee naar voren te schuiven?

De raadsvergadering wordt hervat met een geheime, schriftelijke stemming. De uitslag wordt gemeld aan de commissaris van de koningin en de twee kandidaten. Daarna maakt de gemeente officieel bekend wie kandidaat nummer één is.

Die kandidaat wordt bij het kabinet voorgedragen voor benoeming. De hoop is dat het kabinet volgende week de voordracht bekrachtigt. Dan kan de nieuwe burgemeester 7 juli in de raad geïnstalleerd worden.? (HET PAROOL)

23-06-10 11:2″

Read Full Post »


Democratie als wedstrijd, inclusief een polonaise bij de winnaar, dat is wat ik waargenomen heb. Een speculatief trapveldje tussen Entry- en Exit Poll. Er was even veel inhoud in dit politieke debat, als er is bij gezellig rond de tafel zittende cafébezoekers die over voetbal discussiëren en de naäapversie daarvan op tv. Het verschil tussen een slotcompetitie van voetbal en parlementsverkiezingen is nauwelijks meer te zien: zelfde gigaschermen, zelfde hossen, zelfde ankermannen en vrouwen. We weten dat twee tegenover elkaar staande teams in het veld altijd en eeuwig hetzelfde spel, volgens dezelfde regels spelen en dat over het hele seizoen genomen de uitslagen dusdanig voorspelbaar zijn dat je er een beetje geld aan kunt verdienen door er op te gokken. Belangrijkste stelregel is: de toeschouwers aan de lijn, de discussanten in café en op tévé, de fans, de gokkers, de kiezers, mogen zelf niet meespelen, zij staan structureel buiten spel. Terugfluiten – halverwege de wedstrijd – van een speler is enkel voorbehouden aan de partij-coach, zelfs het ambt van scheidsrechter is onbereikbaar aangezien het sinds twee eeuwen over-erfbaar bezit is van de Oranjedynastie. Democratie is juichend of huilend aan de lijn staan en eens in de 1500 dagen een gokje mogen zetten in de Nationale Loterij, die verkiezingen heet. Wie toch wil meespelen zal als vanouds moeten lobbyen of, als goede contacten ontbreken, moeten kiezen voor het buiten-parlementair actie voeren als ‘streaker’ op het speelveld en de het risico van arrestatie en veroordeling.

De tijd is rijp voor staatkundige hervormingen waarbij actieve deelname van een ieder aan ‘het spel van bestuur’ mogelijk gemaakt wordt. Democratie als het spel van noodzakelijke samenwerking, omdat wij in de erkenning van het belang van een ander ons eigen belang kunnen dienen. Democratie als de kunst van compromis en consensus, een spel zonder duidelijke winnaars en verliezers.

Achter de schermen wordt zulk een spel nu al een eeuw of zo gespeeld, het eigenlijke poltieke bedrijf, bestaand uit voortdurend overleg en ‘deals’ maken: ‘het achter-kamertjesoverleg’.

Het wordt tijd dat dit exclusieve spel voor iedereen toegankelijk wordt;  “iedere stem telt” is onvoldoende; “iedereen mag mee doen” is de nieuwe leuze. Stel je voor: in al onze huizen wordt de deur opengezet voor een permanent veralgemeniseerd kamertjesoverleg. Regeren als spel waar iedereen aan kan meedoen, zoiets als een oneindig tafelvoetbalspel in de huiskamer.

Ik associeer dit met dit plaatje gevonden bij Richard Reynolds photostream on Flickr: “In London’s Millenium Dome was the Play Zone, and in the Play Zone was a giant table football. Not only was that spectacular, but so to was watching complete strangers engage in a huge spontaneous game, to which they all knew the rules, but didn’t know their team members.” Click picture to see the original page on Flickr.

Read Full Post »

Het democratisch systeem van Nederland is merendeels gegrondvest op burgers die door middel van verkiezingen dat wat “hun macht” genoemd wordt afstaan aan volksvertegenwoordigers van allerlei aard. Dat mandaat, dat afstaan van macht, duurt voor de meeste gedelegeerde machtstructuren om en nabij anderhalf duizend dagen, pas daarna kan een burger weer blijk geven van instemming of afkeuring met wat er in de tijd van zijn/haar verstoken zijn van macht, gebeurd is. Gemiddeld leven burgers zo’n 70 en nog wat jaar en er is vaak een leeftijsgrens waarna men stemgerechtigd wordt, wat neerkomt op zo’n 15 x per leven de kans krijgen om je invloed uit te oefenen voor het kiezen van het landelijk bestuur. Nu zijn er verschillende soorten verkiezingen: Europees, landelijk, provinciaal, gemeentelijk en dan nog wat vaak onduidelijke oproepen om je stem uit te brengen op deelraden, waterschappen en andere vaak tijdelijke initiatieven, die met hetzelfde gemak weer door de overheid zelf afgeschaft worden. Dus laten we het houden op 4 x 15 (even verontacht laten dat de frequentie van Europese verkiezingen wat lager zijn), dat is dan 60 x in je leven heel eventjes macht krijgen om die direct daarna weer te moeten delegeren.

Kiesrecht foto omstreeks 1930 en een affiche voor Algemeen Kiesrecht voor mannen en voor vrouwen van voor 1917, met de toenmalige minister Samuel Van Houten met zijn beperkt kiesrecht voor mannen als een ouderwetse Batavier.

Hoe gestuurd en gemanipuleerd die momenten van meningspeiling, van delegatie van macht, van verkiezingen zijn, wil ik hier even buiten beschouwing laten, omdat het mij er om gaat hier in grote lijnen de oorzaak van regelmatige frustraties over het functioneren van ons democratisch systeem te vinden, die zich met enige regelmaat  uit in verzetsdaden van burgers tegen het wettig gezag. Het zijn vertegenwoordigers van dit gezag of goederen die aan hen toebehoren, die door boze burgers dikwijls als doelwit uitgekozen worden. In de berichtgeving hierover wordt meer gesproken over de uitgeoefende agressie en geweld, dan over  datgene wat ertoe geleid heeft. Zo ook in een korte oproep tot debat  van de discussie-blog over democratie  in NRC/Handelsblad van  Steven de Jong – waar ik hierbij met gepaste traagheid op reageer. Die discussieoproep gaat over bedreiging van uitvoerende ambtenaren en politieke bestuurders, waarbij meer dan de helft van de gemeentelijke bestuurders in Nederland aangegeven zouden hebben weleens met agressie of geweld geconfronteerd geweest te zijn. Hoe deze cijfers verkregen zijn blijft zeer in het vage, reden voor mij om – als ‘hinkende bode’ – nog wat treuzelend achter te blijven op het publiciteitsslagveld…

Toch is er reden tot zorg, zo blijkt uit onderzoek van het ministerie van Binnenlandse Zaken (BZK). Intimidatie, bedreigingen of fysiek geweld: 69 procent van de burgemeesters en wethouders en 49 procent van de raadsleden zou daar in 2008 mee geconfronteerd zijn. Wildwestsituatie Minister Ter Horst lichtte de cijfers toe op het jaarcongres van het Nederlands Genootschap van Burgemeesters (NGB) in Wassenaar. “Een recent voorbeeld is de wildwestsituatie in Weert”, zei ze. In september waren daar wethouders het doelwit. Een auto werd in brand gestoken, ruiten sneuvelden en er zou zelfs op een huis van een wethouder geschoten zijn. Klik bovenstaand bericht voor een link naar de hele oproep tot reactie.

Wie de eerdere brief van minister Guusje ter Horst aan de Tweede Kamer van 10 november 2008 over “Aanvullende maatregelen Veilige Publieke Taak” en het daarbij behorende rapport “Het Verhaal bij de daad voegen” van augustus 2008 er nog eens op naleest zal zich meer verwonderen over wat er  niet, dan wat er wel in staat. Het is overduidelijk dat de pleger van agressie – zoals wij die uit het ons dagelijkse geschilderde nieuws kennen – een naarling en een engerd is, die hard aangepakt moet worden. “Lik op stuk” is in het huidige politieke jargon een frequent gebruikte beleidscode. Het in ogenschouw willen nemen van de achtergronden van een agressieve daad wordt gezien als een verwerpelijk overblijfsel van ‘oude politiek’. De dualiteit van iedere sociale interactie wordt domweg ontkent, ééndimensionaal denken en handelen, dat is wat ‘deze tijd’ vraagt! Het impliciet uitgangspunt in deze beleidsnoties van het Ministerie van Binnenlandse Zaken is dat de “publieke taken” allen volstrekt legitiem zijn, dat zij allen via een feilloos democratisch besluitvormingssysteem tot stand gekomen zijn, dat degenen wier belang niet gediend maar geschaad is daar in zullen moeten leren berusten, waaruit dan volgt dat een ieder die zich tegen de uitvoering van zulke taken durft te verzetten een onmaatschappelijk element is dat harde aangepak verdient. De minster van Binnenlandse Zaken formuleert het zo:

“De dadergerichte aanpak van het programma kenmerkt zich door dit uitgangspunt ‘agressie mag niet lonen’. Immers als agressie loont, faalt de publieke taak. Als de dader met zijn gedrag het (beoogde) effect bereikt en ermee wegkomt, vormt het een bedreiging voor de uitoefening van de publieke taak en het functioneren van de rechtsstaat.”

Dat klinkt voor velen overtuigend, maar ik probeer toch meer dimensionaal te denken en vraag mij af  wat dan de steeds weer genoemde ‘agressie’ is, hoe die gemeten wordt en door wie. In de meeste beleidsstukken staan meestal twee woorden dicht bij elkaar: eerst ‘agressie’ en dan ‘geweld’. Vreemd genoeg vind ik in geen van deze recente beleidsstukken enige definitie of omschrijving van wat deze begrippen inhouden.

Contactpunt voor burger en overheid, voorbeeld nieuwe stadhuis van Den Haag. Foto gevonden op Flickr, gemaakt door Roel1943; klik foto voor link naar zijn Flickr pagina.

Ik heb er het 67 pagina’s tellende rapport “Het verhaal bij de daad voegen” van het Arnhemse bureau Q-Consult (een adviesbureau dat helpt met “visie vast te stellen, strategie te ontwikkelen, processen te beheersen en kwaliteit te managen”), opgesteld in opdracht  van het ministerie, op nagelezen, maar definities van de gebruikte begrippen ontbreken. De zorgvuldige lezer zoekt tevergeefs hoe de Q-Consult onderzoekers nu ‘agressie’ en ‘geweld’ van elkaar onderscheiden. Een ieder weet dat beide begrippen zeer relatief zijn – al was het maar uit de eigen kindertijd – dat het een verstandige  derde behoeft om te wegen of die ‘por’ nu gemeen of spelenderwijs was, of dat ‘kapotmaken’ nu een dierbaar bezit of bezitterigheid betrof. Van weging van tegenover elkaar staande belangen is in het Q-Consult geen sprake. Uitgangspunt is dat dader en daad bekend zijn en het er enkel om gaat hoe de dader zo effectief mogelijk te straffen. Naar goed Hollands gebruik is dat ‘in de portemonnee’. Dit is het hoofdonderwerp van het in opdracht van de minister van Binnenlandse Zaken opgestelde rapport, hoofdstukken en paragrafen staan er bol van: “verhaalbare schadeposten werkgevers en werknemers”; “incassotraject”; “letselschade en incassomarkt”; “Centraal Justitieel Incassobureau”; “beslaglegging op bezittingen van de dader”; “dagvaardiging van de schuldenaar”; “beslag op loon”; “conservatoir beslag”. Een afschrikwekkend beeld  vol hel en verdoemenis wordt ons geschilderd, met de deurwaarder als wrekende engel. Toch daagt ergens – zij het onbedoeld – iets van een defintie, de oorsprong van dit alles. In hoofdstuk 5 waar de “Knelpunten” belicht worden, staat onder punt 5.2 op pagina 24, het woord “kale kippen”; beter de onderzoekers hier voluit te citeren:

“Eén van de meest gehoorde opmerkingen gedurende deze verkenning is: “van kale kippen kun je niet plukken”. Iedere professional die te maken heeft met het verhaal van schade op daders van agressie en geweld weet dat hij te maken heeft met een moeilijke doelgroep en dat een verhaalstraject moeizaam kan verlopen. Niet zelden zijn de daders minder draagkrachtig, door geringe inkomsten en/of een schuldensituatie.”

Alhoewel het rapport wel aangeeft dat daders van agressie en geweld tegen overheidsdienaaars en -goederen niet noodzakelijkerwijs tot de economische onderlaag van de maatschappij behoren, blijft – bij lezing van het rapport – het beeld dat de doelgroep van het minsiterieel ‘lik op stukbeleid’, de zich verzettende onderklasse in de Nederlandse samenleving is:

“Geïnterviewden van de Politie gaven aan dat ongeveer 80 tot 90% van de daders van agressie en geweld tegen politiemensen uit een ongunstig sociaal milieu komt en een zeer laag inkomen heeft. Veelal is er bovendien sprake van een ernstige schuldensituatie. Wanneer de daders uitkeringsgerechtigd zijn, is het meestal niet toegestaan om beslag te leggen op (een deel van) de uitkering, omdat de dader dan onder het bestaansminimum geraakt.(…) Een incassotraject betekent in deze situaties een flinke financiële investering. Die investering weegt in veel gevallen niet op tegen de (eventuele) geringe schadevergoeding. In de praktijk blijkt dit knelpunt zo zwaarwegend te zijn, dat er veelal niet tot verhaal van de schade op de dader wordt overgegaan, aldus geïnterviewden.”

Wat wordt hier nu beschreven? Waar faalt “de publieke taak”?  Wat is nu “een ongunstig sociaal milieu”? Zou het niet zo kunnen zijn dat als mijn en dijn anders verdeeld zouden zijn of worden, als het tot de ‘publieke taak’ zou behoren om economische en sociale verschillende in de samenleving te verkleinen in plaats van te vergroten, kortom er meer egalitair beleid gevoerd zou worden, dat agressie en geweld, intimidatie en bedreiging, zouden afnemen? Wie bedenkt er een ‘democratische keten’ als spiegelbeeld van de hieronder geciteerde “strafrechtelijke keten” uit het rapport voor Minister Guusje Ter Horst? Als er dan sprake is van het aanpakken, het bestrijdem en het terugdringen van het plegen van “een onrechtmatige daad”, is het dan niet evenzeer nodig om ook de de “rechtmatige daad”, de rechtmatigheid van genomen beslissingen, de bestuurspraktijk van ons democratisch bestel, in ogenschouw te nemen?

“Het vorderen van schadevergoeding Aan de basis van een vordering tot schadevergoeding ligt een onrechtmatige daad. Een benadeelde partij kan zowel via civielrechtelijke voeging in het strafproces tegen de dader als via een civiele bodemprocedure schade verhalen. Figuur 1 geeft schematisch weer hoe de schadevergoeding in de strafrechtelijke keten verloopt. Klik schema voor een beter leesbare grotere versie…

Het democratisch systeem van Nederland is een parlementaire democratie, maar gelukkig is er meer dan dat, meer dan het zestig keer per leven je mening kunnen uiten. Er is een hele wirwar van ingangen, kanalen, lijnen, teugels, lobbies, opinievormers en peilers, adviesorganen, pressiegroepen, stichtingen, verenigingen, instituties, centrales, bonden, actiecomités, noem het maar op. In een oneindig aantal voortdurend wisselende combinaties werken deze elementen en verbanden in op besluitvorming en bestuur van Nederland. Het is dus niet zo dat het land enkel geregeerd wordt via een wettig verkozen volksvertegenwoordiging en – voor hen die het willen geloven – via van God gegeven taken uitgevoerd door het Huis van Oranje (*). De samenleving is vele malen meer complex. Samenleving dient ook letterlijk gezien te worden als “samen leven” en hoeveel regels en wetten er ook zijn, het meeste gebeurd door individueel beleefde instemming of aanvaarding – hoe mokkend dat ‘aanvaarden’ ook moge zijn. Een paar eeuwen terug omschreef de Franse denker Étienne de la Boétie deze toestand als “vrijwillige slavernij” en hij gaf als één van de redenen van dit aanvaarden op, dat de mens geneigd is zich het liefst met zijn eigen directe leven en belangen te bemoeien en het besturen daarom graag aan anderen overlaat. Voortdurende algemene deelname aan het regelen van de maatschappij, heel het leven in zelfbeheer op alle niveaus, is dan ook niet meer dan een droommodel, wat niet wil zeggen dat er herhaaldelijk spanningsmomenten in de geschiedenis zijn geweest waar een begeesterde algemene deelname aan het bestieren van de samenleving ontstond. Dat vindt zowel op micro als macro niveau plaats en hoeft niet altijd als “revolutie” door geschiedschrijving en in historische canons zichtbaar gemaakt te zijn. Wij leven samen door het voordurend vinden en aanpassen van vormen van overeenstemming. Wij kunnen on bestel “vrij” noemen in de mate waarin dat soort overeenstemming – hoe minimaal ook in veel gevallen – dagelijks geleefd wordt. Dat is de echte basis van onze democratie. Het ceremonieel delegeren van onze macht middels een beperkt aantal verkiezingen is niet meer dan het bezweringsceremonieel dat die dagelijkse feitelijkheid bevestigd. Zouden wij enkel uit angst voor bestraffing ons leven inrichten, zouden wij ons voortdurend alle verbodsregels in gedachte moeten roepen om niet in gevang of erger te belanden, dan zou het woord “vrij” niet langer voor onze samenleving van toepassing zijn.

Er zijn meerdere vertalingen in het Nederlands van de “Discours de la servitude volontaire” van Étienne de la Boétie (1530-1563) ik citeer hier uit mijn boekenkast de in 1933 uitgegeven versie van Hillegonda De Ligt met een inleiding van haar man de vredesactivist en socialist Bart de Ligt over “hij die u overheerscht”: “het eenige, wat hij mé´r heeft dan gij allen is het voorrecht dat gijzelf hem schenkt, om u te niet te doen. Vanwaar zou hij zoveel oogen krijgen, om u te bespieden, als gij ze hem niet gaaft? Hoe zou hij u met zoveel handen slaan, als hij die niet van u kreeg? Vanwaar heeft hij de voeten om uw steden te vetreden, dan van u? Hoe anders heeft hij over u één greintje macht, dan door uzelf?” deze tirade gaat nog zinnen lang door; in deze voetnoot (**) staan links naar een aantal on-line edities van dit klassieke werk. Het exemplaar aan de rechterkant is in een moderne ver/hertaling van Ewald Vanvugt uit 1980.

De geconstateerde vrijwillige aanvaarding van hoe met elkaar om te gaan, aanvaarding van gedragregels die op de een of andere wijze stroken, of niet al te veel afwijken van ons persoonlijk rechtsgevoel, kan niet altijd werkzaam zijn. Voor ieder van ons kunnen er momenten voorkomen dat er spanning ontstaat tussen eigen waarden en dat wat als ‘dwang van buiten’, of ‘misstanden’, ervaren wordt. Zulk een situatie kan dan aanleiding vormen voor een veranderd ‘normbesef’. Dit kan – het hoeft niet, want wie weet de diepte van het onuitgesproken ongenoegen te peilen – leiden tot zulk een onbehagen dat ‘directe actie’ ondernomen wordt. Directe actie neemt in veel gevallen een symbolische vorm aan, bespotting, ludieke actie, demonstratie, stipheidsactie, symbolische bezetting en kan dan, in in gradueel nauwelijks van elkaar te onderscheiden stadia, meer ingrijpende vormen aannemen: blokkade, staking, bezetting…met vlak over de horizon het woord ‘revolutie’. De meeste vormen van dit soort directe actie zijn min of meer legaal te noemen, alhoewel er een trend is om dat wat door velen als verworven uitings- en actievrijheid, als legitieme ‘burgerlijke ongehoorzaamheid’ gezien wordt, in te perken. Het aantal aangespannen gerechtelijke procedures tegen in wezen volstrekte legale vakbondsacties neemt toe, de nu voorgestelde anti-kraakwet brengt dat wat in het civielrecht zat naar het strafrecht, de woningzoekende en -vindende kraker dreigt (na eeuwen gedogen) tot misdadiger gemaak te wordent. Terroristenwaan legt de grenzen van wat satire en bespotting was mijlenver terug, gekalkte leuzen worden tot serieuze doodsbedreiging verklaard. Dat wat, in het geval van simpele bedreigingen, bij hoge uitzondering waar bleek te zijn, wordt tot algemeen geldend verheven en vormt de basis van het potsierlijk ceremomieel van weer een nieuwe electronische registratie, weer een aanscherping van controle, nog weer een incidenteel wetje, alsof de potentieele bedrijvers van onwelgewillige of vijandelijke handelingen daardoor ooit gestuit zouden kunnen worden. Had de door de gemeente Almelo gemaltraiteerde Turkse eigenaar van een restaurant eerst het wetboek van strafrecht erop nageslagen voordat hij door wanhoop gedreven tot gijzelaar van een democratisch gekozen stadsbestuurder werd? Zo volstrekt uitzonderlijk is Almelo niet, zulk soort situaties komen in veel gemeenten voor en kennelijk weten slachtoffers van overheidsbeleid zich in de meeste gevallen te beheersen. Zijn er dan, na een reeks van onthullende publicaties en anlayzes van dit persoonlijke drama (Zembla 23 november 2008), publiekelijk zichtbare maatregelen genomen vanuit de centrale overheid om duidelijk te maken dat het niet zo kan zijn dat een kwestie van vergunningen voor een bar en restaurant, dusdanig slecht behandeld wordt dat er een dergelijke wanhopige daad uit voortkomt? (Ik meen daar geen strijdvaaardige minister van BInnelandse Zaken gehoord te hebben). Wat te denken van het stoere ‘lik op stuk’ beleid dat stadsbestuurders keer op keer aankondigen om het gedrag in de openbare ruimte onder controle te krijgen? Is het ongewenste hufterig gedrag vaak niet het resultaat van een jarenlang lokaal beleid, van overmatig ondersteunen van commercieel vertier? Zijn niet de Rotterdamse bestuurders met hun oorverdovende massa manifestaties van decennia mede aanstichters van een- in een drama eindigend – op een gratis maar toch op commercie gericht strandfeest bij Hoek van Holland? Weet het Genootschap van Burgermeester dan niet de hand in eigen boezem te steken? Kom op burgervaders en moeders verwerf eerst enig inzicht in de verhouding tussen oorzaak en gevolg, voordat u strafverzwaring gaat eisen.

“Een bokje, een bokje, dat mijn vader kocht voor twee zoez” zo begint het kinderrijmpje dat het bekendst is door de Joodse paas-traditie, internationaal bekend als “(C)Had Gadya” en de kringloop van geweld die in dit kinderlied beschreven wordt  kwam mij voor de geest bij het lezen over weer nieuwe en extra strafmaatregelen: “Toen kwam er een stok, en die sloeg de hond dood, die de kat had doodgebeten, die het bokje had opgevreten, het bokje, dat mijn vader gekocht had voor twee zoez, (…) een bokje, een bokje. // Toen kwam er vuur, en dat verbrandde de stok, die de hond had doodgeslagen, die de kat had doodgebeten, die het bokje had opgevreten, het bokje, dat mijn vader gekocht had voor twee zoez, een bokje, een bokje.”  Zie noot (***) voor links naar de gebruikte bronnen. Klik plaatje om het op de originele maat te zien.

Het heeft geen enkel nut weer een stok toe te voegen aan het bestaande overvolle arsenaal van stokken om “de hond”, “de burger” – die wij menen te kennen en menen te moeten bestraffen – te slaan. Wie of wat is dan die hond die geslagen moet worden? Met het quantificeren van incidenten – zonder dat het oorzakelijk verband ertussen op enige wijze aangetoond is- zoals nu door onze minister van Binnenlandse Zaken – zal die hond niet gevonden worden. Het hoog van de toren en nationaal afkondigen van harde maatregelen, daar waar het vaak om specifiek lokale incidenten gaat is nutteloos. Lokale bestuurders, lokale bevolking, lokale media moeten gestimuleerd worden om voor zichzelf te achterhalen waar en waarom het mis ging. Waarheidsvinding op plaatselijk niveau in plaats van wapengekletter uit Den Haag. Goed gedrag zal niet afgedwongen worden door hogere strafmaten voor hen die verordeningen of beslissingen van een overheid – die arrogant haar eigen legitimiteit prijst- niet wensen te aanvaarden. Het ‘algemene rechtsgevoel’ staat nergens opgeschreven, toch is het één van de peilers van onze samenleving. De noodzakelijke innige band tussen ongeschreven rechtsgevoel en wet- en regelgeving dient beter begrepen te worden. De legitimiteit van de macht die zich beroept op de hierboven kort beschreven principes van vertegenwoordiging, is betrekkelijk. Ook slaven moeten in enige mate gewillig zijn om ze tot arbeid, tot deelneming, aan te zetten. Een grotere zorgvuldigheid bij besluitvorming is geboden. Belangenafweging dient verder te gaan dan de meerderheid plus één. Een streven naar consensus en het ontwikkelen van nieuwe meer flexibele bezwaar- en beroepsmogelijkheden zou het aantal bedreigingen tegen ambtenaren en bestuurders als gevolg van bestuurlijke maatregelen meer ten goede komen, dan de nu voorgestelde zwaardere strafeisen voor boze en radeloze burgers.

Tot slot een leerliedje voor Guusje Ter Horst: “Toen kwam er vuur, en dat verbrandde de stok om de burger mee te slaan.” Deze twee plaatjes komen uit een Chad Gaya liedprent; klik plaatje voor een link naar het origineel. 

====

(*) (in het 25 jaar regeringsjubileum interview van Dorien Pessers met de koningint spreekt Beatrix over een van godgegeven taak, een roeping; ook in de Nederlandse grondwet ziet de constitutionele monarchie al;s van god gegeven; zie een aardig betoog van Bob Elbracht “De metafysica van het Koningschap” in de Hofleverancier, jaargang 7 nummer 1.
(**) Étienne de La Boétie “Vertoog over de vrijwillige slavernij” vertaal door Charlotte Bauwens in PDF formaat op de website van dmocratie.nu
(***) De prent komt uit de collectie van Yale University (New Judaica in the Arts of the Book Collection) “Passover Haggadah” – Calligraphy and Illustrations by Asher Kalderon; Tel Aviv, 2006; Limited Edition of 396.
– Voor het eerste deel van de tekst zie noot 3.
– De moderne (geduidde) lieversie is te vinden op een PDF met liedteksten (Sacred Place een meerkorenproject… gent) en is een bewerking van Joeri Cornille, op pagina 15. Opgelet… de PDF link is een directe download, kijk dus via de down;load manager’ van uw web browser waar die file gebleven is, als deze niet vanzelf opent.

(***) Op een web-document met een handleiding voor een ‘sedermaaltijd’ staat de volgende moderne interpretatie van de (C)Had Gadya:

Een bokje, een bokje…     (joods rijmpje tijdens de Seder)

(oudste kind)

Een bokje, een bokje, dat mijn vader kocht voor twee zoez, (alle kinderen:) een bokje, een bokje.

Toen kwam er een kat, en die vrat het bokje op, het bokje, dat mijn vader gekocht had voor twee zoez, (alle kinderen:) een bokje, een bokje.

Toen kwam een hond, en die beet de kat dood, die het bokje had opgevreten, het bokje, dat mijn vader gekocht had voor twee zoez, (kinderen:) een bokje, een bokje.

Toen kwam er een stok, en die sloeg de hond dood, die de kat had doodgebeten, die het bokje had opgevreten, het bokje, dat mijn vader gekocht had voor twee zoez, (…) een bokje, een bokje.

Toen kwam er vuur, en dat verbrandde de stok, die de hond had doodgeslagen, die de kat had doodgebeten, die het bokje had opgevreten, het bokje, dat mijn vader gekocht had voor twee zoez, een bokje, een bokje.

Toen kwam er water, en dat doofde het vuur, dat stok verbrand had, die de hond had doodgeslagen, die de kat had doodgebeten, die het bokje had opgevreten, het bokje, dat mijn vader gekocht had voor twee zoez, een bokje, een bokje.

Toen kwam er een stier, en die dronk het water op, dat het vuur gedoofd had, dat stok verbrand had, die de hond had doodgeslagen, die de kat had doodgebeten, die het bokje had opgevreten, het bokje, dat mijn vader gekocht had voor twee zoez, een bokje, een bokje.

Toen kwam de slachter, en die slachtte de stier, die het water had opgedronken, dat het vuur gedoofd had, dat stok verbrand had, die de hond had doodgeslagen, die de kat had doodgebeten, die het bokje had opgevreten, het bokje, dat mijn vader gekocht had voor twee zoez, een bokje, een bokje.

Toen kwam de doodsengel, en die doodde de slachter, die de stier geslacht had, die het water had opgedronken, dat het vuur gedoofd had, dat stok verbrand had, die de hond had doodgeslagen, die de kat had doodgebeten, die het bokje had opgevreten, het bokje, dat mijn vader gekocht had voor twee zoez, een bokje, een bokje.

Daarop kwam de Heilige, gezegend is Hij, en doodde de doodsengel, die de slachter gedood had, die de stier geslacht had, die het water had opgedronken, dat het vuur gedoofd had, dat stok verbrand had, die de hond had doodgeslagen, die de kat had doodgebeten, die het bokje had opgevreten, het bokje, dat mijn vader gekocht had voor twee zoez, een bokje, een bokje.

Read Full Post »